Amira Hass is een Israëlische schrijfster, journaliste en activiste. Als een van de meest uitgesproken critici van Israël schreef ze in Haaretz: ‘Het zou ergens op slaan als Palestijnse scholen basiscursussen verzet zouden geven’, zoals stenen gooien. Tijdens haar bezoek aan Nederland in november had Max van Lingen een exclusief interview met haar.
De afgelopen jaren is de Israëlische politiek steeds meer naar rechts opgeschoven. Hoe verklaar je dat?
De ideologische verschuiving vindt plaats omdat d Israëli’s hun eigen privileges proberen te verklaren en te verdedigen. De groei van racistische ideeën is daarvan een uiting. Je moet verklaren waarom er discriminatie is, waarom je privileges hebt, waarom jij wel rechten hebt en anderen niet. Daarom ontwikkel je een theorie op basis van genen, bloed of kleur. Hoe duidelijker het wordt dat Israël is gebaseerd op institutionele discriminatie, hoe groter de noodzaak voor een ideologie die dit verklaart.
Daar komt bij dat de socialistische zionistische beweging in verval is geraakt. Dat was een enorm hypocriete beweging. Ze beweerden bijvoorbeeld dat ze goed waren voor de Arabieren, terwijl daar in de praktijk geen sprake van was. Maar ze waren op ideologisch vlak nog altijd gebonden aan gelijkheid als ideaal. Ironisch genoeg was die hypocrisie op een bepaalde manier positief. Er was altijd het besef dat de idealen in conflict waren met de praktijk.
De Israëlische regeringen van de afgelopen 25 à 30 jaar voelen zich niet langer gebonden aan dit soort waarden. Dit komt doordat de bezetting steeds meer een permanent karakter heeft gekregen. De rechtse politici hebben een ideologie geconstrueerd die de Bantoestans verklaart. Dat is nu veel harder nodig omdat het aantal kolonisten over deze periode is vertienvoudigd. Ze moesten verklaren waarom er in een land met twee volkeren verschillende regels gelden voor die volkeren. Waarom er verschillende infrastructuren en grenscontroles zijn. Waarom er de facto sprake is van apartheid.
Verwacht je dat er nog verandering mogelijk is in Israël?
Ik ben op het moment zeer pessimistisch over de mogelijkheden voor verandering. Zolang de bezetting voordelig blijft voor Israël zal de Israëlische maatschappij niet veranderen. Als Israëlische activisten proberen we zand in de machine te strooien. Dankzij die activiteiten komt Israël niet overal mee weg. Het hooggerechtshof is bijvoorbeeld erg conservatief, maar wordt keer op keer gedwongen om in te grijpen tegen de wens van de overheid in. Maar we zullen er geen grote veranderingen mee bereiken zolang er elders geen fundamentele verschuivingen plaatsvinden.
Er zijn natuurlijk wel breuklijnen en tegenstellingen. Er is bijvoorbeeld sprake van groeiende economische tegenstellingen. Hopelijk gaan hierdoor delen van de Israëlische maatschappij zich in de toekomst meer identificeren met hun klassenpositie dan met hun nationale identiteit. Maar tot nog toe zien we helaas steeds dat in Israël de nationale identiteit belangrijker is dan de klassenpositie. Zonder veranderingen in de Palestijnse politiek denk ik niet dat de Israëlische maatschappij echt door elkaar geschud kan worden.
Je legt de bal bij de Palestijnen?
Er is voor de Israëli’s geen enkele reden om te veranderen. Zij zijn tevreden met de status quo. Ik woon al jarenlang tussen de Palestijnen en beschouw ze niet alleen als lijdend voorwerp. In de geschiedenis heeft elke groep de mogelijkheid om veranderingen te bewerkstelligen. Het probleem is echter dat de Palestijnse nationale beweging in crisis is. Daar zullen veranderingen moeten plaatsvinden. Daar is nog veel werk te doen en daar zijn ook mensen mee bezig.
Wat voor veranderingen dat moeten zijn, ligt bij de Palestijnen. Dat ik al jarenlang tussen de Palestijnen woon, maakt mij nog geen Palestijn. Wat wel duidelijk is, is dat de Palestijnse Autoriteit een slecht voorbeeld van leiderschap heeft gegeven. Je kan niet verwachten dat mensen zich verzetten wanneer er zulke grote klassenverschillen zijn binnen de Palestijnse gemeenschap. Er is een enorme kloof tussen de leiding en de rest van het volk. De meeste Palestijnen beschouwen hun gehele leiding, inclusief de NGO’s, daarom als corrupt. Als ik een Palestijn was, zou ik me daarop richten om de nationale beweging opnieuw op te bouwen.
Was dat niet het hele doel van de Oslo-akkoorden? Om een deel van de Palestijnen te coöpteren?
Vanuit Israëlisch perspectief was Oslo inderdaad geniaal. Het heeft ervoor gezorgd dat de Palestijnse Autoriteit en uiteindelijk ook Hamas een buffer zijn gaan vormen tussen de bevolking en de bezetting. Wat dat betreft is de situatie inderdaad gecreëerd door Oslo.
Maar de vraag is hoe je daarmee omgaat. Moet de Palestijnse Autoriteit ontmanteld worden? Moet Hamas ontmanteld worden? Dat zijn zaken waarover de Palestijnen zullen moeten beslissen. De bezetting wordt door sommige Palestijnen gebruikt om dat soort moeilijke vragen uit de weg te gaan. Dat komt doordat de vraag wat Palestijnen zelf kunnen doen, moeilijk en gecompliceerd is zolang er geen nieuwe opstand plaatsvindt.
Kan de Arabische revolutie een inspiratiebron zijn voor een dergelijke opstand?
In het begin was dat zeker het geval. Veel Palestijnen dachten dat zij ook aan hun eigen interne revolutie konden beginnen en de strijd met Israël konden aangaan. Maar de huidige stand van de revolutie is eveneens van invloed op de Palestijnen. De grote Egyptische revolutie is gekaapt en in Syrië vinden hartverscheurende taferelen plaats. Hierdoor kunnen de Palestijnen op dit moment niet rekenen op de steun van andere Arabische volkeren. Dat vormt een belangrijke beperking van de strijd. Daarom is het ook voor de Palestijnen te hopen dat de Arabische revolutie zich weer in de goede richting gaat ontwikkelen.
Je bent een van de meest uitgesproken critici van het Israëlische regime. Je woont tussen de Palestijnen. Voel je jezelf nog verbonden met Israël?
De mensen met wie ik omga in Israël zijn uiterst kritisch, wat overigens niet betekent dat we de geschiedenis van Israël ontkennen. Het is een product van kolonialisme én van de vervolging van Joden in Europa. Als de westerse staten in de jaren dertig en veertig de grenzen hadden opengesteld voor Joodse vluchtelingen, hadden de meeste Joden nog steeds in de diaspora geleefd. Ik voel mezelf vooral verbonden met de Joodse proletarische traditie van het begin van de twintigste eeuw.
Die traditie stond op vijandige voet met het streven naar een eigen Joodse staat.
In die tijd verwierp de meerderheid van de Joden het zionisme als oplossing voor de vervolging in racistische landen. De diaspora was al eeuwenlang de plek waar de meeste Joden leefden. Er waren ook veel alternatieven voor het zionisme: emigratie, assimilatie, revolutie, autonomie, enzovoort. Maar het probleem waar we als radicale socialisten tegenaan lopen bij deze analyse is dat uiteindelijk een zionist die naar Palestina vertrok beter af was dan een socialist die in Polen of de Sovjet-Unie bleef om tegen de onderdrukking te vechten.
Tegelijkertijd is het streven naar een eigen natiestaat een kunstmatige inbreng in de Joodse traditie, waarbij de nationalistische bewegingen, vooral de Duitse, werd geïmiteerd en werd gecombineerd met imperialistische en zelfs antisemitische motieven. Israël kan alleen geanalyseerd worden als product van kolonialisme én tegelijkertijd van Europees racisme tegen Joden.
Daar kunnen de Palestijnen verder vrij weinig aan doen.
Dat zijn de tegenstellingen waar we door gekweld worden. Natuurlijk zou het niet het probleem van de Palestijnen moeten zijn. Maar we kunnen toekomstige generaties niet de schuld blijven geven van wat hun voorouders hebben gedaan. Helaas kunnen we de geschiedenis niet ongedaan maken. Zelfs als we Israël enkel als een koloniaal probleem beschouwen, maakt dat de oplossing niet makkelijker. De Israëli’s hebben geen moederland waarnaar ze kunnen terugkeren, zoals de Franse en Nederlandse kolonisten in Algerije en Indonesië hadden. Er is geen Algerijnse oplossing mogelijk voor Israël.
Maar het is niet alleen een kwestie van het verleden. De kolonisatie gaat nog steeds door en er worden nog steeds Palestijnen verdreven.
Daarom moet de Israëlische Wet op de Terugkeer worden afgeschaft. Het is krom dat Joden uit Frankrijk en Amerika hier kunnen komen wonen, terwijl Palestijnen die hier geboren zijn het risico lopen hun rechten kwijt raken. Dat betekent ook dat Palestijnen kunnen terugkeren. Maar dat roept ook praktische vragen op. We zullen het geld ervoor moeten uittrekken om het haalbaar te maken.
Er is ook de vraag hoe we omgaan met arm en rijk. Er waren rijke en arme Palestijnen voor 1948. Worden de rijken opnieuw rijk en de armen opnieuw arm? Of gaan we naar een nivellerend systeem toe, waarbij de armen meer krijgen dan de rijken? Worden de voormalige landeigenaren opnieuw landeigenaren of gaan we een socialistische staat opbouwen, waarbij we het land nationaliseren? Wordt het een religieuze staat of een seculiere staat? Een kapitalistische of een socialistische?
Dit artikel verscheen oorspronkelijk op socialisme.nu