De verkiezingen van 22 maart voor eht regionale parlement in het Spaanse Andalusië waren na de peilingen de eerste echte reality check voor Podemos. Het haalde 15 procent van de stemmen en 15 zetels, op zich een spectaculaire doorbraak, maar te weinig om een centrale plaats op het politieke veld op te eisen.
De sociaaldemocratische PSOE van Susana Díaz haalde 36 procent van de stemmen en 47 zetels, even veel als de vorige keer. Andalusië was altijd al een bolwerk van de sociaaldemocratie. Susana Díaz had gegokt door vervroegde verkiezingen uit te schrijven. Zij wilde zo af van haar coalitiepartner Izquierda Unida met wie zij samen Andalusië bestuurde. Zij hoopte ook te profiteren van de onvoorbereidheid van de Partido Popular en Podemos, en wilde een eventueel succes verzilveren in een bod voor het leiderschap van de landelijke PSOE. Zij mat zichzelf voor deze operatie een stevig links profiel aan, en won haar gok.
De Partido Popular kreeg een stevige klap, en viel van 50 naar 33 zetels. Zo betaalt zij het soberheidsbeleid van premier Rajoy. Ciudadanos, de enkele maanden oude niet-linkse kopie van Podemos, haalde in een klap 9 zetels. Izqiuerda Unida viel van 12 zetels terug op 5 zetels.
Volgens de kranten ging het verlies van IU naar Podemos, dat daarmee op het politieke veld de positie zou overnemen van links aternatief voor de PSOE. Op het moment van schrijven is het echter niet duidelijk hoe de stemmen verschoven zijn: wie van wie gewonnen heeft, en wie aan wie verloren heeft.
Het lijkt wel duidelijk dat Podemos er niet in geslaagd is de centrale plaats te veroveren waar het op mikt, om te zorgen voor een totale politieke ommekeer. Dat hadden de leiders van Podemos nochtans voorgespiegeld, al beloofden de peilingen ongeveer wat Podemos daadwerkelijk heeft gehaald. Allicht wil Podemos vermijden dat het in een positie komt van communicerend vat van de PSOE: stemmen afpakken wanneer de PSOE rechts regeert, en die weer verliezen wanneer de PSOE aan een linkse oppositiekuur doet…
De verkiezingen in Andalusië waren wel moeilijk voor Podemos: het is zoals gezegd een traditioneel bolwerk van de PSOE, met een leidster die zich in de schoot van de PSOE een links profiel aanmeet. Podemos beschikt in de regio nog niet over een uitgebouwde structuur of bekende gezichten. De lijsttrekster van Podemos, Teresa Rodríguez, deed afstand van haar pas veroverde zetel in het Europees Parlement om de lijst te kunnen trekken. Zij verklaarde na de verkiezingen dat Podemos positieve beleidsmaatregelen van de PSOE zou steunen, maar dat voor een stabielere samenwerking een draai van de PSOE van 180 graden nodig is.
De PSOE heeft na deze verkiezingen in Andalusië geen absolute meerderheid, maar sloot coalities met de PP, IU of Podemnos uit. Zij gaat proberen als grootste partij alleen te regeren.
In Spanje is het nu uitkijken naar de volgende verkiezingen in mei, en de landelijke afrekening in de herfst.
We komen zeker terug op de verkiezingen in Andalusië wanneer ons diepgaandere analyses uit het land zelf bereiken.
Dit artikel verscheen oorspronkelijk op Ander Europa.