• FRANÇAIS (LCR)

sap-rood.org

SAP

antikapitalistische lenteschool 2017
  • home
  • Wie zijn wij?
    • SAP
    • Uitgavenfonds Ernest Mandel
  • België
    • politiek
    • syndicaal-sociaal
    • verkiezingen 2014
  • internationaal
    • Afrika
      • Algerije
      • Burkina Faso
      • Egypte
      • Kenia
      • Marokko
      • Soedan
      • Tunesië
    • de Amerika’s
      • Argentinië
      • Bolivië
      • Brazilië
      • Chili
      • Colombia
      • Cuba
      • Ecuador
      • Guatemala
      • Haïti
      • Honduras
      • Mexico
      • Peru
      • Puerto Rico
      • Venezuela
      • Verenigde Staten (VS)
    • Azië
      • Cambodja
      • China
      • Filippijnen
      • Maleisië
      • Pakistan
      • Thailand
      • Vietnam
    • Europa
      • Italië
      • Luxemburg
      • Nederland
      • Noorwegen
      • Oekraïne
      • Portugal
      • Rusland
      • Schotland
      • Slovenië
      • Spaanse Staat
      • Turkije
    • internationale instellingen
    • Midden-Oosten
    • Oceanië
  • themas
    • antifascisme
    • antiracisme
    • cultuur
    • ecologie
    • economie
    • feminisme
    • geschiedenis
    • biografieën
    • jongeren
    • LGBT+
    • migratie
    • strijd en bewegingen
    • Uitgavenfonds Ernest Mandel
  • onze blogs
    • Ida en Evie schrijven
    • blog Flor Vandekerckhove
    • blog Marijke Colle
    • blog Pips Patroons
  • linkse linkjes
  • e-shop

De beleefdheid van de koopwaar

29 mei, 2014 door Pips Patroons

jerri_oDe individuen van de hogere klassen in onze samenleving spreken hun ondergeschikten vandaag aan met “meneer” of “mevrouw”, en niet meer met “beste vriend” of gewoon met “hé, jij daar!”. Deze verandering is het gevolg van twee maatschappelijke ontwikkelingen.

De eerste dateert van het ogenblik dat de werkende klasse in haar strijd voor een beter leven, niet alleen materieel, maar ook voor waardigheid en zelfrespect, de politici gedwongen heeft om zich beleefd te gedragen tegenover hun kiezersvolk. De arbeiders zijn een gevaarlijke klasse en je moet er zolang het gaat voorzichtig mee omgaan.

De tweede ontwikkeling is subtieler van aard. Ze heeft te maken met een verhoging van de koopkracht die het proletarische gezin toelaat om dingen te kopen die daarvoor enkel beschikbaar waren voor de middenklassen: wasmachine, badkamer, TV, etc. De proletariër wordt een niet te verwaarlozen consument, hij/zij is niet alleen meer een bron van winst door de verkoop van zijn/haar arbeidskracht, maar hij/zij helpt de uitgebreide reproductie van het kapitaal door er geld in te steken en bestrijdt zo op bescheiden manier een crisis die het gevolg is van overproductie.

We belanden hiermee in de politieke economie van J.M. Keynes, populair bij de sociaal-democraten: stimuleer de vraag en we geraken uit de problemen…

Wanneer de winstvoet een voor de aandeelhouders gevaarlijk laag peil bereikt (het kapitalisme zit vol tegenspraken) en de lonen zouden moeten dalen, begint men op beleefde wijze de verworvenheden van de werkende bevolking aan te tasten: men legt je met een eerlijk gezicht uit dat onze concurrentiepositie zwak is, dat er desnoods “gedelocaliseerd” moet worden en dat we daar allemaal samen, heel sociaal, over moeten onderhandelen. Als de onderneming haar deuren sluit dan krijgt de werkloosheid de beleefde naam “sociaal plan”.

Guy Debord, de bekende “situationist” en woelwater, sprak in dit verband over het “koopwarenhumanisme” (De Spektakelmaatschappij, stelling 43): “De arbeider, plotseling verlost van het totale misprijzen die de organisatie- en controlevormen van de productie hem op het lijf plakken, wordt elke dag een kort ogenblik uitgesproken beleefd behandeld als een mens en wel in de gedaante van consument. Het koopwarenhumanisme zorgt dan voor de “ontspanning en het menselijk karakter” van de werker, gewoon omdat de politieke economie in haar hoedanigheid van politieke economie deze sferen kan en moet domineren. Op die manier neemt het systeem dat de menselijkheid negeert de zorg over van het menselijk bestaan in al zijn vormen”.

De klant is koning, maar de proletarische klant is een ingebeelde koning.


Negotiation. Schilderij van Jerri Ohramaa, 2005. 125×50 cm

Print Friendly, PDF & Email

Categorie: blog Pips Patroons

 Facebook Twitter Flickr YouTube E-mail
hallo kameraad
lid-wrden
strijdfonds

zoeken

FeMiNiSmE–YeAh!archief Ernest Mandel IRJ 2017
Anticapitalista

cultuur

Film: Der Junge Karl Marx van Raoul Peck

Door Michael Löwy

De film Der Junge Karl Marx die de grote Haïtiaanse filmmaker Raoul Peck aan de jonge Marx wijdde, is een echt meesterwerk. Het is tevens het werk van een cineast die kant koos: die van de onderdrukten en uitgebuitenen die strijden voor hun emancipatie. Vandaar zijn belangstelling voor een zekere … [Meer lezen ...]

Tags

abortus asiel asielzoekers BBTK-SETCa Bechdel beweging bezuinigingen cinema culture ecologische economie Fellini Feminisme film FN FOD Financiën Gender IIRE indignados K&SR klimaatsverandering klimaattop COP 19 kolonialisme koopkracht overheidsdienst politiek Racisme Soberheid sociaal sociale Sorrentino staking stakingsrecht storm Taubira theorie Ulrike Meinhof vakbeweging vluchtelingen vrouwen werkloosheid
Pips Patroons

Pips Patroons werd geboren in Antwerpen, bracht zijn kindertijd door in Congo en studeerde geschiedenis in Gent en in Leuven. Hij woonde sinds 1995 in Engeland en vervolgens in Frankrijk. In 2016 ging hij terug naar België. Hij is al heel wat jaren actief in radikaal links en werkt vandaag aan een essay over de Vlaamse ideologie.
Viva la IV!

Onze oude website kan je nog steeds hier raadplegen.

kalender artikels

april 2023
Z M D W D V Z
 1
2345678
9101112131415
16171819202122
23242526272829
30  
« okt    

image bank

  • DSC_0141
  • DSC_0140
  • DSC_0139
  • DSC_0137
  • DSC_0138
  • DSC_0136
  • DSC_0135
  • DSC_0132
  • DSC_0133

categorieën

andere hulpmiddelen

  • archieven
  • sitemap
  • folders te downloaden

SAP-LCR