Er zijn veel redenen waarom de generatie van 1968 ter contestatie gegaan is. Een ervan is dat ze zich niet kon neerleggen bij het zogenaamde reëel bestaande socialisme. Dat verklaart mee het succes van maoïsme en trotskisme in die dagen. Elk op hun manier beoordelen die het model dat de Sovjet-Unie etaleert als pervers. Hun alternatieven suggereren dat een ander socialisme mogelijk is.
Wanneer het stalinisme in 1989 definitief te gronde gaat geeft de geschiedenis die alternatieve groepjes bij wijze van spreken gelijk. Hebben de contestanten niet met luide stemme beweerd dat het bureaucratische model een doodlopend straatje is?
Een mens zou dan ook denken dat die groepjes tijdens dat momentum de wind in de zeilen krijgen. Niets is echter minder waar. De soixante-huitards zien het veld verdwijnen waarin ze gedijt hebben en veel van die alternatieve bewegingen verkruimelen tot er welhaast niets van rest.
Enzo Travero neemt deze vaststelling hier als vertrekpunt: ‘Ja, in 1989 konden we ons nog verheugen, maar sinds 1990 zijn we er ons bewust van geworden welke enorme nederlaag daar geleden werd. Niet de nederlaag van de autoritaire regimes, maar de nederlaag van de revoluties van de twintigste eeuw en de nederlaag van het alternatief voor het kapitalisme. De Italiaanse Communistische Partij verdween overnacht: de cultuur werd volledig verlaten zonder dat daar ooit een kritische beoordeling van gemaakt werd. Sindsdien heerst de verlamming, in Italië en elders. En de pogingen om nieuwe praktijken te ontwikkelen grijpen plaats in een context van verduistering van utopieën en met een leeg geheugen.’
Maar elk nadeel heb zijn voordeel, zegt niet alleen Johan Cruijff. Ook Enzo Traverso zegt dat in zijn nieuwe boek Mélancolie de gauche. (*)
‘Het geheugen van links is een uitgestrekt terrein dat uit overwinningen en nederlagen bestaat: de eerste opwindend, maar in de meeste gevallen ook vluchtig, de tweede veelal duurzaam.’ 1989 heeft een ondergesneeuwde cultuur blootgelegd, gevoed door de vele nederlagen die links geleden heeft. Traverso heeft het over de herontdekking van een melancholische visie op de geschiedenis als nagedachtenis van de overwonnenen.
Hij vernoemt Walter Benjamin als de belangrijkste tolk van die traditie, maar die bevindt zich in een ruim en heterogeen gezelschap. ‘Het is de melancholie van Blanqui en van Louise Michel na de bloedige repressie van de Commune van Parijs; van Rosa Luxemburg die, in haar gevangenis van Wronke, mediteert over het bloedbad van de Grote Oorlog en de capitulatie van het Duitse socialisme; van Gramsci die na het mislukken van de Europese revoluties, in een fascistische gevangenis, opnieuw nadenkt over de verhouding tussen ‘stellingenoorlog’ en ‘bewegingsoorlog’; van Trotski tijdens zijn laatste ballingschap in Mexico, opgesloten achter de muren van een huis-bunker in Coyoacan: van Walter Benjamin die, verbannen in Parijs, de geschiedenis herwerkt vanuit het standpunt van de ‘geknechte voorouders’: van C.L.R. James die over Melville schrijft, op Ellis Island waar hij in quarantaine verblijft, als vijandelijke vreemdeling in de Verenigde Staten van het maccarthisme; van de Indonesische communisten die het grote bloedbad van 1965 overleefd hebben; van Che Guevara die er zich in de bergen van Bolivië bewust van wordt dat de Cubaanse weg in een impasse terechtgekomen is.’
Daar mag ik wellicht Michael Löwy aan toevoegen, aan wie Traverso het boek opdraagt en ook Daniël Bensaïd die hij citeert vooraleer hij het essay aanvangt.
Voor zover dat boek zich hier en daar laat inkijken is het meer dan het lezen waard. Iemand die slimmer is dan ik zou daarvan eens een Nederlandse vertaling moeten maken. Want wat u hierboven gelezen hebt kan in de blogcultuur wel voor een boekbespreking doorgaan, maar het is er dan wel een van een barbaar die er een handje van weg heeft om stukjes te schrijven over boeken die hij niet gelezen heeft.
(*) Enzo Traverso. Mélancolie de gauche. La force d’une tradition cachée (XIXe – XXIe siècle). Paris 2016. Editions La découverte.
Dit artikel verscheen eerder op De Laatste Vuurtorenwachter.