Hoe staat links ten opzichte van de Europese Unie? In de aanloop naar het partijcongres over het verkiezingsprogramma voor de Europese verkiezingen is dit een discussiepunt in de Duitse partij Die Linke.
In het programma voor de landelijke verkiezingen had Die Linke onduidelijke stellingen over de EU: enerzijds werden fundamenten van de EU als het verdrag van Lissabon afgekeurd, anderzijds werd er gesproken over de mogelijkheid om de EU te hervormen. Voor kopstukken van de stroming Forums Demokratischer Sozialismus (FDS) zoals Dietmar Bartsch (vicevoorzitter van de fractie van Die Linke) gaat het er vooral om Die Linke met het oog op de parlementsverkiezingen aan de Groenen en de SPD te presenteren als een partij die “kan regeren”. Zij hebben zich dan ook openlijk uitgesproken tegen de aanhef van het ontwerpprogramma waarin kritiek op de EU wordt geuit.
Fractievoorzitter Gregor Gysi, inmiddels weer de nummer één van de partij, heeft zich in dezelfde zin uitgelaten: in de preambule zijn “niet alle formuleringen gelukkig”. Net als Bartsch is hij ervan overtuigd dat het congres deze formuleringen aan zal passen.Steen des aanstoots is vooral dat de EU als een ‘neoliberale, militaristische en in hoge mate ondemocratische macht’ betiteld wordt;
“De Europese Unie was eens een bron van hoop voor de mensen. Maar wat hebben de rooftochten van de grote banken, het bureacratisme en de onverzadigbare wapenconcerns hiervan gemaakt? Op zijn laatst sinds het Verdrag van Maastricht is de EU een neoliberale, militaristische en in hoge mate ondemocratische macht, die na 2008 een van de grootste crises van de afgelopen 100 jaar mede veroorzaakte. Veel mensen associeerden de EU met meer internationale solidariteit. Maar we kregen meer fascistische partijen, rechts-populistische demagogen en meer mensenjacht aan de grenzen van de EU en er binnen. Steeds meer wordt de EU een kapitaalmarkt zonder enige beperkingen. Steeds meer worden er loopgraven gegraven in plaats van handen uitgestoken.”
In het publieke debat wordt dergelijke fundamentele kritiek op de EU weggezet als ‘anti-Europees’. In tegenstelling tot rechts-populistische en rechts-extremistische groepen zijn linkse mensen als de auteurs van het ontwerpprogramma niet tegen Europa maar voor een ander Europa. Daarover zegt het ontwerpprogramma: “Die Linke zet zich in voor sociaal, democratisch en solidair Europa, bevrijd uit de houdgreep van de financiële markten en de bezuinigingspolitiek. Wij willen dat in heel Europa de belangen van werkende mensen en werkelozen, van gepensioneerden en jongeren voorop staan.”
De FDS-stroming in Die Linke roept op tot het hervormen van de EU: “Wij zetten ons er voor in dat onze nieuwe linkse partij de Europese integratie en de uitbreiding van de Europese Unie verdedigt op basis van gelijke rechten en een solidaire, civiele en democratische grondslag.” Op dezelfde wijze wil Gregor Gysi dat “de Europese integratie” als een “links idee” opgevat wordt, en opnieuw “aantrekkelijk” gemaakt wordt. Links zou zich volgens hem moeten inzetten voor daarbij passende wijzigingen in de EU. Het zou de Duitse politiek zijn die de EU in gevaar brengt.
Wat Gysi niet wil weten is dat de EU en haar voorlopers vanaf het begin een imperialistisch project waren, gericht tegen linkse ideeën over Europese eenwording maar vooral bedoeld als bolwerk tegen de Sovjet-Unie. Het is ongetwijfeld zo dat het karakter van de EU duidelijker wordt als het kapitalisme een neoliberale, in plaats van een keynesiaanse, vorm aanneemt. Maar het is niet correct om te stellen dat de burgerij mislukte in een “links project”.
De voornaamste bestaansreden van deze EU is samengevat in het doel om “de meest concurrentiële economische ruimte in de wereld” te worden. De door de EU verkondigde drang tot concurrentie verklaart de ontwikkeling van de EU, inclusief de reddingspakketten voor de banken, het verarmen van de bevolking, de groeiende sociale ongelijkheid en het toenemende nationalisme.
De politiek van bondskanselier Angela Merkel is niet strijdig met de fundamentele principes van de EU maar is de uitwerking van het gebod dat iedereen moet concurreren. Daarom wordt haar politiek ook gesteund door het kapitaal in Frankrijk, Italië, Griekenland et cetera. Het vormen van een sociale en politieke Unie zou een breuk hiermee zijn. Toch wordt de noodzaak van een dergelijke breuk in de brede kringen bediscussieert. Maar op welke basis zal een dergelijke breuk plaatsvinden? Die Linke moet eigen alternatieven naar voren te schuiven.
Het verzet tegen de sociale afbraak die miljoenen mensen in Zuid-Europa en andere, economisch zwakkere delen van de EU de ellende in drijft moet verbonden worden met een positief alternatief voor een ander Europa, van onderop. Een ander Europa vereist ook andere instituten dan de EU, namelijk instituten die voortkomen uit internationale sociale strijd van onderop. Het streven naar een grondwetgevende vergadering voor een democratische, sociale en ecologische herstart van een vreedzaam Europa zou hier onderdeel van moeten zijn.
Dit artikel verscheen eerder in SOZ-Sozialistische Zeitung. Nederlandse vertaling door redactie Grenzeloos.