Bijna 2000 doden, meer dan 10.000 gewonden, meer dan 400.000 mensen op de vlucht, tienduizenden gebouwen beschadigd of vernield … De gevolgen van de agressie van Israël tegen Gaza nemen alsmaar toe ondanks de opeenvolgende ‘pauzes’ en andere ‘wapenstilstanden’. In termen van menselijke en materiële kosten is dit gewoon het meest gewelddadige Israëlische offensief in het Palestijns grondgebied sinds de oorlog van 1967.
Op dit moment gaat alle aandacht naar de zogenaamde “onderhandelingen” in Caïro om tot een blijvend bestand te komen. Zal dit lukken? Dat is lang niet zeker. En zelfs als dat lukt,dan nog zal er niets echt zijn opgelost.
Een wapenstilstand?
Het verhaal dat overheerst in de politiek en in de media is sterk vervormd door het standpunt van Israël. De ‘vijandelijkheden’ worden gereduceerd tot het bombarderen van Gaza en het afschieten van Palestijnse raketten. Een oplossing voor de crisis vereist daarom een akkoord om beide zaken stop te zetten. Dan zouden westerse leiders en de media even diep kunnen ademhalen en zich met andere gebeurtenissen bezig kunnen houden. Tot op het moment dat Israël, binnen ongeveer twee jaar, een nieuwe militaire campagne lanceert onder het voorwendsel van nieuwe raketaanvallen, en iedereen zich afvraagt waarom het ‘bestand’ geen stand hield…
Maar de feiten zijn op zichzelf heel eenvoudig. De eerste vijandige houding die door Gaza en de bevolking in het gebied wordt ervaren, is het feit van de onwettige en onmenselijke blokkade die al 8 jaar aan deze kleine enclave wordt opgelegd, met de medeplichtigheid van Egypte. Deze blokkade vernietigt het leven in Gaza en elke dag dreigt er voor steeds meer mensen een humanitaire tragedie. Een VN-rapport uit 2012 toont aan dat Gaza tegen 2020 ‘onbewoonbaar’ zal zijn door een gebrek aan infrastructuur (er zouden minstens 800 extra gezondheidscentra moeten worden gebouwd, het aantal scholen zou moeten verdubbelen) en door het gebrek aan essentiële basisvoorzieningen (voor de huidige aanval had de helft van de bewoners geen regelmatige toegang tot schoon water en had bijna 85% van de bevolking slechts vier uur elektriciteit per dag).
De huidige Israëlische operatie heeft de toestand verergerd, met een schade die nu geraamd wordt op 5 tot 6 miljard dollar (ongeveer $ 3.000 per inwoner). De enige elektriciteitscentrale in Gaza is vernield en de overheid zegt dat het herstellen ervan minstens één jaar zal duren; duizenden gebouwen werden beschadigd of vernield, ook scholen, ziekenhuizen en noodzakelijke industriële installaties; het aantal mensen dat nu afhankelijk is van internationale voedselhulp is verder gestegen tot meer dan 75 % van de bevolking. Volgens een lid van de Israëlische NGO Gisha, die campagne voert voor het vrij verkeer van goederen en van mensen naar en vanuit Gaza, ‘zal het 100 jaar duren om Gaza opnieuw op te bouwen’ als deze blokkade niet wordt opgeheven, vooral bouwmaterialen worden niet toegelaten in Gaza.
“Beter dood dan terug te keren naar de vroegere situatie”
In een dergelijke toestand, en dit in tegenspraak met het verslag dat we horen over de aan gang zijnde onderhandelingen, zijn de voorwaarden die de Palestijnen stellen voordat ze een staakt het vuren willen tekenen helemaal niet ‘maximalistisch’ of ‘radicaal’. Er is in feite een consensus over tussen alle Palestijnse organisaties, met inbegrip van de zeer volgzame Palestijnse Autoriteit onder leiding van Mahmoud Abbas in Ramallah, zijn neiging tot ‘compromissen’ of eerder tot ’toegevingen’, is maar al te goed bekend. Het kan als een verrassing overkomen dat bijna niemand van diegenen die de ‘gematigdheid’ van Abbas loven in vergelijking met het ‘radicalisme’ van Hamas, dit heeft vermeld. Alsof we niet zouden weten dat dit soort commentaar vooral de bedoeling heeft de Palestijnse kant te verzwakken.
Wat zijn deze eisen? Het opheffen van de blokkade natuurlijk, wat betekent dat de grenzen met Israël en met Egypte moeten worden geopend, de wederopbouw van de haven en de luchthaven van Gaza (deze laatste werd vernietigd en eind 2000 gesloten), het uitbreiden van de visserij zone tot 10 kilometer vanaf de kust van Gaza.
Francesca Albanese, een juriste die acht jaar voor de VN heeft gewerkt stelt: “geen enkele van deze eisen is nieuw. Met name de VN hebben steeds opnieuw geëist dat de,volgens internationale wetten illegale, staat van beleg zou worden opgeheven als voorwaarde om de rampzalige humanitaire toestand in Gaza te kunnen beëindigen. Het toelaten van verkeer van goederen en van mensen tussen de Westelijke Jordaan oever en Gaza werd reeds vermeld in het Access and Movement Agreement (AMA), in 2005 ondertekend door de regering van Israël en de Palestijnse Autoriteit. Zelfs de bouw van de haven en de mogelijkheid van een nieuwe vlieghaven in Gaza waren vermeld in het AMA, alhoewel geen van beide projecten werd uitgevoerd. De huidige eis om de visserij zone uit te breiden is minder groot dan wat in 1994 in de akkoorden van Oslo werd voorzien en het maakte ook al deel uit van de voorwaarden voor een bestand in 2012.”
Deze eisen zijn dus niet “maximalistisch” of “radikaal”, ze betekenen gewoon het bestaansminimum voor de bevolking van Gaza en ze worden als legitiem erkend door alle internationale organisaties.
Maar Israël wil niet luisteren naar deze eisen en het toont dus eens te meer wat de bezettingsmacht verwerpt uit naam van zijn zogezegde veiligheid, niet de nationale rechten van het Palestijnse volk (ook in de internationale wetgeving ingebouwd) maar wel het vervullen van de meest elementaire noden: woningen, gezondheidszorg, geschikt voedsel, opvoeding en de mogelijkheid om zich te verplaatsen. Vandaar de toenemende ergernis van de bevolking van Gaza en van de Palestijnse verzetsorganisaties en een toenemend wijd verspreid gevoel bij inwoners van de enclave, dat, ondanks het geweld van de huidige agressie, het, zoals Raji Sourani van het Palestijnse centrum voor mensenrechten stelt: “beter is te sterven dan terug te keren naar de vroegere situatie”.
Geen vrede zonder gerechtigheid!
Daarom worden er door de Palestijnen geen toegevingen gedaan, er is wel een zekere gematigdheid omdat vandaag geen enkele organisatie het vervullen van alle Palestijnse nationale rechten eist (einde van de burgerlijke en militaire bezetting, zelfbeschikking en het recht voor de vluchtelingen op terugkeer) in ruil voor een wapenstilstand, er worden alleen basisrechten geëist en een beetje ademruimte. Opnieuw zien we een onbuigzame houding aan de kant van de staat Israël die duidelijk toont, voor wie dat zou willen vergeten, dat zijn bedoeling is – steeds in naam van zijn zogenaamde “veiligheid” – het verder zetten van het project van de vernietiging van de Palestijnse maatschappij om zo te voorkomen dat de Palestijnen in staat zouden zijn collectief voor hun rechten op te komen.
Dit is een van de onuitgesproken doelen van de aanval op Gaza: dit kleine kustgebied terugbrengen naar het stenen tijdperk, zodat de bewoners zich niet meer bezig kunnen houden met de strijd om de bezetting te beëindigen, maar alleen nog vechten voor hun overleving en de wederopbouw.
Daarom heeft Israël tijdens de huidige onderhandelingen geweigerd een opheffing van de blokkade onder ogen te zien, dit zou inderdaad een beetje ademruimte hebben gegeven aan de inwoners van Gaza en uiteindelijk de strijd tegen de bezetting hebben kunnen herorganiseren.
Men heeft de neiging te zeggen dat de staat Israël ongelijk zou hebben anders te handelen. Geen enkele westerse regering stelt vragen in die richting of oefent enige druk hierover uit op Israël. In tegendeel, zij beschuldigen de Palestijnen ervan verantwoordelijk te zijn voor het mislukken van de ‘wapenstilstanden’ en eisen dat ze afzien van het opeisen van hun basisrechten, in ruil voor een zwakkere afspraak namelijk het einde van de massale bombardementen.
Daarom is het hoognodig te luisteren naar de herhaalde oproepen van de politieke en sociale Palestijnse organisaties en bewegingen. Zij blijven herhalen dat de meest dringende taak nu is om echte sancties af te dwingen tegen Israël, met het uitbreiden van de BDS-campagne (Boycot, Desinvesteringen en Sancties). Dat is het enige dat druk kan uitoefenen op Israël, dat kan bijdragen tot zijn isolement en dat de krachtsverhoudingen ten gunste van de Palestijnen kan doen keren.
Meerdere organisaties van de civiele maatschappij in Gaza hebben sinds 15 juli gezegd “zonder druk en isolement, heeft het Israëlische regime bewezen dat het verder zal gaan met de slachtingen zoals we vandaag zien gebeuren en dat het niet van plan is een einde te maken aan de tientallen jaren van etnische zuiveringen, militaire bezetting en apartheidspolitiek. (…) We nodigen jullie uit de groeiende BDS campagne te versterken om deze schurkenstaat ter verantwoording te roepen omdat hij weer een totale straffeloosheid geniet tijdens dit gewelddadige optreden.”
De beste dienst die wij aan de Palestijnse zaak kunnen bewijzen is te tonen dat wij even vastberaden en volhardend zijn om de staat Israël te verplichten te betalen voor het lijden dat zij heeft veroorzaakt. En dit zou ook van toepassing moeten zijn op al degenen die Israël steunen. Of er een blijvend staakt het vuren komt of niet, de strijd moet verder gaan om te beletten dat de staat Israël vrij kan beslissen om in de toekomst opnieuw te bombarderen, mensen gevangen te zetten, te verbannen of te doden en te koloniseren. Over de Palestijnse nationale rechten of het meest elementaire recht op bestaan, kan niet worden onderhandeld, ze kunnen niet opgeofferd worden aan de belangen van de staat Israël en van zijn westerse of Arabische bondgenoten.
Met andere woorden, zoals de Palestijnen en al degenen die hen oprecht steunen al tientallen jaren zeggen: geen vrede zonder rechtvaardigheid.
Dit artikel verscheen oorspronkelijk op International Viewpoint. Nederlandse vertaling: Marijke Colle.