De affaire rond het blokkeren van de autoweg in Herstal, tijdens de 24-urenstaking van het ABVV in Luik, dient als voorwendsel tot een zeer hevig offensief tegen het stakingsrecht, de syndicale rechten en de vakbonden in het algemeen. Al twee weken lang fulmineren de media er zonder ophouden op los. De N-VA wil rechtspersoonlijkheid opleggen aan de vakbonden. De MR en Open VLD eisen het respect van een zogenaamd “recht op werk”, in feite het recht om te werken tijdens een staking. De liberale partijen en N-VA willen wettelijke maatregelen nemen.
De CD&V is er momenteel nog tegen en dreigt er een kwestie van te maken binnen de regering. Voor Kris Peeters moet de kwestie binnen het sociaal overleg tussen de sociale partners worden geregeld. Maar ook voor hem moet “de toepassing van het stakingsrecht worden aangepast aan de huidige omstandigheden”, immers, ”de mensen hebben steeds meer problemen met stakingen” en hebben niet steeds de mogelijkheid om hun recht op werk toe te passen”, verklaarde hij.
Dit standpunt van de CD&V is niet zo ver verwijderd van dat van de CdH (Franstalige christendemocraten) en de PS in de oppositie. En zo komt langs alle kanten het stakingsrecht onder druk. Andere voorstellen vanuit delen van de regering (vooral van de N-VA) zijn er op gericht de vakbonden financieel droog te leggen. De vakbonden een rechtspersoonlijkheid toekennen, zou er toe leiden dat ze aan een continue juridische en financiële dreiging worden bloot gesteld. Het patronaat, VBO en UNIZO op kop, krijgt het water in de mond bij het perspectief de vakbonden aan de leiband te leggen en te verstikken.
Een voorwendsel
Het ongelukkig overlijden van iemand is altijd een tragische gebeurtenis, maar emotie mag er niet toe leiden dat we de analyse van de feiten achterwege laten. De vakbeweging heeft er uiteraard altijd reden toe stil te staan bij de verschillende actiemiddelen die ze gebruikt in functie van de mogelijkheden op een bepaald moment en de gegeven context. Zo is er het risico dat bepaalde actievormen die slechts door een te kleine minderheid gevolgd worden, in bepaalde gevallen eerder als substituut dienen voor de mobilisatie in de diepte van de werkende klasse, de enige manier om de economie echt stil te leggen. Maar de manier waarop het incident in Herstal wordt misbruikt om een bepaalde agenda door te drukken, is echt onaanvaardbaar.
Het overlijden door een hartaderbreuk komt helaas relatief veel voor, en gebeurt heel snel. Als we alle gevallen zouden bekijken, zouden we zeker een flink aantal kunnen vinden waar het overlijden het gevolg is van een laattijdige medische tussenkomst, en waar deze vertraging op rekening kan worden geschoven van de besparingen in de gezondheidssector (die trouwens nog erger gaan snijden), de slechte staat van de wegen, de files ten gevolge van het onder-investeren in het openbaar vervoer, of andere redenen. Breder bekeken kunnen we het aantal overlijdens ten gevolge van armoede of de slechte staat van onze voorzieningen niet meer tellen. Het soberheidsbeleid is hier rechtstreeks voor verantwoordelijk. Maar in deze gevallen zijn er geen uitgebreide artikelen in de kranten, geen kwade tussenkomsten in het parlement, geen aanklachten omwille van onvrijwillige doodslag tegen de verantwoordelijken.
Stakerspiketten
Terwijl de pers ons op de hoogte brengt van het feit dat er twee miljard euro mankeert om die zwendel van een taks shift in evenwicht te brengen, heeft rechts en een manier gevonden om de aandacht af te leiden van haar politiek ten voordele van de bezittende klasse, en een stok om de vakbonden mee te slaan. Wegblokkades vermijden is trouwens niet haar belangrijkste doelstelling. Wat ze echt willen, is een einde maken aan de syndicale praktijk van stakerspiketten aan de toegang van bedrijven in staking, of aan de ingangen van bedrijvenzones in geval van interprofessionele stakingen.
Of het nu door wettelijke maatregelen is (N-VA, MR, Open-VLD) of door overleg (CD&V), het doel is hetzelfde: het zogezegde “recht op werken” garanderen als recht gelijk aan het stakingsrecht, en daartoe elke inbreuk op de toegang tot bedrijven bij een staking onmogelijk maken. Het is echter maar al te duidelijk dat het stakingsrecht totaal van haar inhoud wordt ontdaan zodra iedereen die het wil, of eerder zij die er toe gedwongen worden, probleemloos het bedrijf in staking zouden kunnen betreden, alsof er niets aan de hand is.
Arbeid steeds onzekerder
Rechts stelt het voor alsof de piketten aan banden moeten worden gelegd “om de toepassing van het stakingsrecht aan te passen aan de huidige omstandigheden”, zonder dat ze het recht zelf in vraag willen stellen. “Wij respecteren het stakingsrecht maar het kan niet meer worden toegepast zoals in de jaren ’80 en ‘90”, zeggen ze ons. Een zwak argument, want wat we merken is dat stakerspiketten vandaag de dag nog meer nodig zijn dan dertig of veertig jaar geleden. Zonder stakersposten zou een groeiend aantal werkenden het moeilijk krijgen om in de realiteit haar stakingsrecht toe te passen. Een gevolg van het steeds onzekerder worden van de arbeidscontracten, van de verloning en van de precarisering van de arbeidsmarkt.
Wij ontlenen aan Tony Demonte, secretaris van de CNE (Franstalige christelijke bediendenbond), onderstaande voorbeelden, die alle vakbondsmilitanten maar al te goed kennen:
– De arbeider met een contract van bepaalde duur die beslist mee te staken zonder er toe “gedwongen” te zijn door een piket, van wie het contract niet meer wordt verlengd,
– De werkneemster met een interim-contract die staakt zonder piket, van wie het contract wordt stopgezet,
– De onvrijwillig deeltijdse die meestaakt zonder piket, die geen enkele hoop heeft dat haar aantal arbeidsuren zal worden verhoogd,
– In dezelfde zin: de valse zelfstandige, de stagiaire, de vervanger, de student met een studentenbaan, de werknemers in een onder-aanneming, enz.
– De deelname van een kaderlid aan een staking zonder hiertoe “gedwongen” te zijn door een stakerspost wordt dikwijls beschouwd als verraad aan de hiërarchie en brengt het kaderlid in een professionele impasse,
– Dit is het geval voor de kaders, maar ook voor steeds meer arbeiders en bedienden: een deel van de verloning is afhankelijk geworden van de goede wil van de hiërarchie (allerhande premies voor het behalen van bepaalde objectieven, enz.). Voor die mensen komt deelname aan een staking zonder piket neer op het verlies van een deel van hun latere verloning (los van het loonverlies dat ze lijden door de staking zelf).
– Globaler bekeken durven op een arbeidsmarkt die zwaar getroffen wordt door de werkloosheid meer en meer werknemers zich niet meer bloot geven door deel te nemen aan een staking zonder dat ze “niet anders kunnen”.
In bepaalde bedrijven maken mensen met een interim-contract vandaag een derde van het personeel, of zelfs meer, uit. In zulke omstandigheden is het zeer duidelijk dat diegenen die het “recht op werken” willen waarborgen om “de uitvoering van het stakingsrecht te moderniseren” in feite het stakingsrecht zelf willen ontmantelen. Hun doelwit is de solidariteit binnen de werkende klasse te breken, de capaciteit van de arbeidersklasse om als collectief te handelen tegenover de patroon.
Ze willen haar verzwakken met het oog op de toekomstige aanvallen die ze nog willen lanceren (bijvoorbeeld om hun taks shift in evenwicht te brengen op de rug van de werkende klasse!). En op het einde van de rit willen ze onze onderlinge solidariteit volledig kapot, om terug te komen tot een geatomiseerde arbeidersklasse. Die situatie bestaat vandaag al in bepaalde bedrijven in Groot-Brittannië waar alle werknemers met “nul uren”-contracten werken, en deze elk gedwongen zijn op hun eentje de hiërarchie te confronteren en er zich aan te onderwerpen… of hun broodwinning te verliezen.
Geen wet of overleg over het stakingsrecht
We moeten alles doen om het verder vastleggen van het stakingsrecht in wetgeving te vermijden, want dit kan enkel beperkend zijn. Maar het alternatief is zeker niet het sociaal overleg binnen de “Groep van 10” zoals voorgesteld door Kris Peeters in naam van de CD&FV, en waarop de vakbondsleidingen van de drie bonden lijken te willen ingaan, om tot een herziening van het “Herenakkoord” van 2002 tussen patronaat en vakbonden te komen, en tot een strikter akkoord.
Dit akkoord van 2002 werd trouwens bijna onmiddellijk gebroken door het patronaat dat zich nooit aan haar belofte hield geen beroep meer te zullen doen op rechtbanken, eenzijdige verzoekschriften, deurwaarders en dwangsommen (die allemaal deel uit maken van de zelfde strategie van “respect voor het recht op werken”). Afgelopen weken zagen we zelfs openbare of semi-openbare bedrijven zoals Infrabel en BPost naar de rechtbank stappen om stakingen te breken. Bij de recente staking bij BPost werden zelfs op totaal illegale wijze interim-arbeiders ingeschakeld om stakers te vervangen.
Het overleg, zeker in de huidige krachtsverhoudingen, kan enkel uitlopen op maatregelen die het stakingsrecht verder aan banden leggen en omkaderen (maatregelen die bovendien later nog eens aangescherpt dreigen te worden door beroep op de wetgeving!). Het alternatief is uit het drijfzand van het sociaal overleg te kruipen waarin de leidingen van het ABVV en het ACV ons steeds dieper meetrekken.
Laat ons de lessen trekken uit de totale mislukking van de strategie van overleg die gevolgd werd na het actieplan van 2014 en opnieuw een klimaat van mobilisatie tot stand brengen dat de massa van de werkende bevolking actief betrekt, met of zonder werk, uit de privé of de openbare diensten, of ze nu lid zijn van ACV, ABVV of ACLVB.
De inzet is groter dan enkel het lot van de vakbeweging: al onze democratische rechten en vrijheden werden afgedwongen dankzij de arbeidersbeweging. Het stakingsrecht aanvallen betekent de voorwaarden creëren om al deze rechten in vraag te stellen. Het feit dat het offensief tegen het stakingsrecht en de vakbonden samenvalt met de voorstellen van minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon (N-VA) rond de badge voor asielzoekers en het ficheren van mensen die een bezoek brengen aan asielzoekers in de onthaalcentra, is geen toeval maar een waarschuwing.
De toekomst van het syndicalisme wordt hier en nu bepaald
Het is tijd, hoog tijd, om eindelijk de ogen open te trekken. Zoals de SAP al zei in onze Open brief aan de leden en militanten van ACV en ABVV in 2012: “de toekomst van het syndicalisme wordt hier en nu bepaald!”. Tegenover een patronaat, neoliberale regeringen (met of zonder sociaaldemocraten) en een Europese Unie in de aanval op onze rechten en sociale verworvenheden, is de tijd van het sociaal overleg en de druk op “politieke vrienden” al lang voorbij. Het is nu tijd voor strijd, allemaal samen, om deze antisociale regeringen weg te krijgen en een fundamentele koerswijziging af te dwingen, een antikapitalistisch alternatief.
Op 23 november roepen het ABVV en het ACV in Henegouwen samen op tot een 24-urenstaking tegen Michel-De Wever. Een voorbeeld dat navolging verdient. In Antwerpen zal het ABVV voorlopig alleen betogen op 27 november, na de weigering van het ACV zich bij de provinciale actie aan te sluiten. Maar het is nog niet te laat voor de andere bonden om alsnog het gemeenschappelijk front rond een gezamenlijk actieplan te vervoegen en te herstellen, daar en in de rest van het land. Dat is de enige weg om uit de impasse te raken!