Homohaat in Rusland heeft een vlucht genomen sinds in juni dit jaar een controversiële ‘antihomowet’ werd aangenomen. Kees Hoogendijk bekijkt de achtergronden van deze wet en hoe de homobeweging in Rusland kan terugvechten.
Er zijn in Rusland drie wetten aangenomen. De eerste wet verbiedt mensen om homoseksualiteit onder minderjarigen te promoten op straffe van hoge boetes. De tweede wet maakt de adoptie van kinderen door stellen van hetzelfde geslacht illegaal. Volgens een derde wet riskeren buitenlanders die homoseksualiteit in Rusland propageren een gevangenisstraf van vijftien dagen.
Sinds de wetten zijn aangenomen, neemt het geweld tegen homo’s toe. Potenrammers gaan met name jonge homo’s te lijf, vaak met grof geweld. Zij voelen zich daarbij gesterkt door Poetins nieuwe wetten. Zo lijkt het een nieuwe rage te worden om jonge homo’s via sociale netwerken te verleiden tot een afspraak en ze vervolgens te vernederen door de video te plaatsen op het internet.
Soms wordt het slachtoffer ‘alleen maar’ uitgescholden, maar soms moet hij zich uitkleden, krijgt urine over zich heen of wordt roze geschilderd. Het aantal slachtoffers van dit geweld is aanzienlijk. Het gaat zeker om tientallen jonge homo’s in steden als Moskou en Tambov, maar precieze cijfers zijn niet te geven omdat er geen aangifte wordt gedaan. De politie treedt immers niet op tegen dit soort geweld.
Drijvende kracht achter de vernederingen is een zestienjarige neonazi die schuilgaat achter het pseudoniem Philipp Dönitz. De achternaam verwijst naar de Duitse admiraal die zich in mei 1945 heel even de opvolger van Hitler mocht noemen. De acties van ‘Dönitz’ zijn geïnspireerd door de bekende neonazi Maksim Martsinkevitsj die op vergelijkbare wijze probeert om pedofielen te ontmaskeren. Ook ‘Dönitz’ nam actief deel aan die acties.
In heel Rusland bestaan al honderden soortgelijke groepen. Ze worden gedreven door homohaat en de deelnemers zien geen verschil tussen homoseksualiteit en pedofilie. Het geweld keert zich niet alleen tegen homo’s, maar ook tegen immigranten. Alleen al in Moskou zijn enkele duizenden jongeren aangesloten bij groepen die jagen op ‘illegale’ buitenlanders. In Sint-Petersburg schuimden neonazi’s begin augustus de straten af, sommigen gewapend met honkbalknuppels. Groente- en fruitkramen gingen omver. Buitenlandse verkopers werden gefilmd en geïntimideerd, van wie sommigen door de politie werden meegenomen voor verhoor.
Boycot
De afgelopen tijd gaan er oproepen rond om de Olympische Winterspelen, die in 2014 in het Russische Sotsji plaatsvinden, aan te grijpen voor protest. Zo kreeg een open brief van de Britse acteur Stephen Fry veel aandacht. Hij riep in die brief op tot een boycot van de Spelen. Hij vergeleek de situatie met hoe Joden werden vernederd en behandeld in de jaren dertig: ‘Poetin maakt homoseksuelen tot zondebok, net zoals Hitler met de Joden heeft gedaan. Daar mag hij niet mee wegkomen.’ De homobeweging in Rusland zelf is tegen een boycot. Niet wegblijven, maar ter plekke actievoeren en de seksuele diversiteit zichtbaar maken.
Het Internationaal Olympisch Comité lijkt genoegen te nemen met de garanties van de Russische autoriteiten dat de anti-homowet ‘niet geldt voor allen die aan de Spelen deelnemen.’ Dat Russische sporters die niet aan de Spelen deelnemen hier niets aan hebben, is voor het IOC blijkbaar niet van belang.
Overigens liet de Russische minister van Sport, Vitali Moetko, geen misverstand bestaan over hoe de wet tijdens de Spelen precies moet worden uitgelegd: ‘Niemand verbiedt atleten met een afwijkende seksuele voorkeur naar Sotsji te komen, maar wanneer ze dit op straat uiten, moeten ze zich gewoon verantwoorden.’
Machtspolitiek
De roep om een boycot heeft het gevaar in zich dat het ene land het andere land de les wil lezen, waarbij wordt vergeten hoe het gesteld is met de strijd voor homorechten in eigen land. Zo viel de politie begin augustus op een Gay Pride in de Zweedse stad Stockholm actievoerders aan die met een spandoek kritiek leverden op politiedeelname aan die pride. In Zweden werkt de politie namelijk mee aan de deportatie van vluchtelingen met een andere seksuele voorkeur.
Het is niet toevallig dat de Amerikaanse president Obama in een televisie-interview uithaalt naar de anti-homowet, precies op het moment dat Rusland klokkenluider Edward Snowden asiel geeft. Met dit soort machtspolitiek is de homobeweging niet geholpen. Maar de Olympische Winterspelen laten doorgaan alsof er niets aan de hand is, helpt homo’s in Rusland ook niet. Verzet opbouwen tegen de wetten en rond de Spelen is noodzakelijk, maar allesbehalve makkelijk.
President Poetin kondigde eind augustus aan dat iedere vorm van protest rond de Spelen verboden zal zijn voor tweeënhalve maand. Tegelijkertijd kan deze aankondiging ook worden gezien als een teken van zwakte. Gelijke rechten en vrijheden voor iedereen liggen onder het vergrootglas en de Russische autoriteiten worden blijkbaar nerveus van de kritiek. Het is aan de homobeweging om samen met de Russische sporters en iedereen die verder wil meedoen de autoriteiten verder in het defensief te krijgen.
Dit artikel verscheen oorspronkelijk op socialisme.nu