Met elk lijk dat uit de Middellandse zee wordt opgevist, vergroot ook de spreidstand tussen het propagandaverhaal van “de hoge Europese waarden” en de Europese realiteit.Van onderlinge solidariteit tussen de lidstaten is er al geen sprake bij de aanpak van het “vluchtelingenprobleem”, terwijl het nochtans duidelijk is dat een land als Griekenland inderdaad financiële en organisatorische problemen heeft om een menswaardig asielbeleid te voeren.
In de eerste drie maanden van het jaar kwamen 12.500, vooral Syrische en Somalische, vluchtelingen in Griekenland aan; de Belgische staatssecretaris voor asielbeleid Francken zal op de top deze namiddag uitpakken met het voorstel om… 250 vluchtelingen extra op te vangen in de komende twee jaar (1). En wat te denken van de vaststelling dat Griekenland, sinds de regering Tsipras aan de macht kwam zo vaak met de vinger gewezen wegens het doorbreken van de “Europese solidariteit”, de enige lidstaat is die een humaan asielbeleid als expliciete regeringsdoelstelling formuleert, en ook reeds initiatieven in die richting nam ?
Als samenwerking binnen de Unie al niet veel voorstelt, hoeveel solidariteit zou er dan zijn tussen de EU en derde landen, bv. met de regio’s waaruit de vluchtelingenstromen afkomstig zijn? Wanneer de EU hiervoor middelen veil had, was het om de medeplichtigheid af te kopen van landen als Lybië of Marokko, die met wat euros hun grenscontrole richting Europa moesten verscherpen. In zijn bericht op AnderEuropa stelde Frank Slegers vast dat dit Europees vluchtelingenplan mislukt is.
Het was ook slechts een puur instrumentele, technische, managerial benadering van de “beheersing van de migratiestromen”. Onder die omstandigheden is het uitgesloten dat Europese beleidsmakers ook zouden nadenken over een beleid op langere termijn, dat nagaat wat mensen ertoe drijft hun leven te riskeren om in een Europees gesloten asielcentrum terecht te komen. En inderdaad, de EPAs (Economic Partnership Agreements) die de EU in haar vrijhandelsobsessie opdringt aan o.a. Afrikaanse landen, ontregelen deze fragiele economieën nog meer, zorgen voor nog meer uitzichtloosheid en emigratie. Enig lange-termijndenken is de EU volledig vreemd, of het zouden de bedrijfswinsten moeten zijn die via vrijhandelsakkoorden kunnen opgekrikt worden.
Tegen deze achtergrond is het eerder angstwekkend dat het niet-coöperatieve Europa wél een soort informele consensus koestert rond militaire initiatieven. In een hypocriete bewering om de “criminele mensensmokkelaars” aan te pakken, circuleren ideeën om de vluchtelingenboten te vernietigen vooraleer ze uitvaren; dit is één van de voorstellen die deze namiddag op de top rond de vluchtelingenproblematiek zullen besproken worden. Zo primitief zouden zelfs de simpelste EU-critici de Europese beleidsmakers niet vermoed hebben. Gaat de EU straks havens bestoken in Libië of Turkije? Of zullen drones zorgen voor het fijnere werk?
Het lijkt te gek om los te lopen, maar het militair denken zit dieper in de EU-elites dan men zou vermoeden. Op 21 april organiseerde de Europese Volkspartij (EVP), de christendemocratische Europese fractie, een hoorzitting in het Europees Parlement. Dit bood een podium aan de meest agressieve woordvoerders van het conservatieve Europa, die wat graag de Koude Oorlog in ere hersteld zouden zien. Roland Freudenstein, vice-voorzitter van de EVP think tank “Martens Centre” (2), waarschuwde er voor Putin “die de twee Atlantische organisaties, de EU en de NATO, wil vernietigen”.
Deze Freudenstein schreef mee aan een boekje, The Renaissance of the West, waarin betoogd wordt dat Europa zich bereid moet tonen om ten oorlog te trekken tegen de Russen voor de vrijwaring van de “existentiële Europese waarden”. Niet zomaar oorlog, maar een kernoorlog, die een vernieuwing van het kernarsenaal vereist, want volgens Freudenstein beperkt het nucleair afschrikkingspotentieel in Duitsland zich momenteel tot 20 roestige B-61 bommen, die door de Russen in één trek kunnen geëlimineerd worden. “Dat moet veranderen”, aldus de christendemocraat, “ook al is dat moeilijk te verkopen aan de publieke opinie”. “Ook al is dat moeilijk te verdedigen door een Nobelprijswinnaar voor de vrede”, zouden we eraan toevoegen.
In Europa moet nog veel veranderen, blijkbaar, en het komt erop aan de publieke opinie daarvan te overtuigen.
Noten:
1) Van de Syrische exodus alleen al telt men 1,1 miljoen vluchtelingen in Libanon, waar ze een kwart van de bevolking uitmaken. Ook een miljoen in Turkije, 600.000 in Jordanië. Wie durft hier bij dergelijke cijfers nog gewagen van een overrompeling van Europa ?
2) Het Wilfried Martens Centre for European Studies is de officiële think tank van de EVP, en is genoemd naar de voormalige Belgische christendemocratische premier Wilfried Martens.
Dit artikel verscheen oorspronkelijk op AnderEuropa.
Foto REUTERS/Gianni Mania