Kleine doses radioactiviteit die door werknemers nabij reactoren wordt geabsorbeerd, maar ook door radiologische technici, in de radiotherapie en hun patiënten, kunnen leukemie veroorzaken en andere gelijkaardige kankers. Dat is wat zonder enige twijfel wordt aangetoond in een studie met de titel “INWORKS” dat door The Lancet (Haematology – 22 juni 2015) is gepubliceerd, een van drie grote medische wetenschappelijke tijdschriften. (1)
De gevolgen voor de gezondheid door atoomenergie ontsnapten tot nu toe aan een ernstige controle om twee redenen: de eerste is dat letsels die door lage doses worden veroorzaakt tijdens de celdeling bijna niet te detecteren zijn. De beschadigingen komen tevoorschijn op het moment dat de weerstand van het organisme niets meer kan uitrichten tegen gemuteerde cellen, wat zich vele jaren na de bestraling kan manifesteren. Om een beeldspraak uit de autosector te gebruiken: men ziet het niet door de voorruit, maar enkel en alleen in de achterruitkijkspiegel.
De tweede reden en de meest schandalige: de belangen van bepaalde ondernemingen, meer bepaald uit de USA, die door hun regering zeer goed worden verdedigd in het koude oorlogsklimaat, die de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO van de VN) er toe brachten om een akkoord te sluiten met het Internationaal Atoomagentschap (IAA) dat vragen over de gezondheid verbonden met atoomenergie doorschoof naar het IAA. (2)
Een vlugge blik op de statuten van het IAA leert ons dat haar doel het promoten is van het gebruik van civiele atoomenergie. De gezondheid van de werknemers in de nucleaire sector en van de bevolking die rond de centrales woont, is dus geen bekommernis van dit agentschap. Aangezien de letsels die veroorzaakt werden door atoomenergie zich voordoen na een zeer lange incubatietijd kan enkel een cohortstudie (een studie die een grote groep van de bevolking omvat en die gedurende een lange periode wordt opgevolgd, en die alle factoren uitsluit die de resultaten kunnen doen schipperen) het oorzakelijk verband aantonen tussen lage doses straling en de stijging van het aantal kankergevallen.
Verschillende pogingen in het verleden waren vruchteloos, de onderzochte populatie was te klein, of de periode was te kort om aan te tonen dat er een correlatie bestond zodat er wetenschappelijk kritiek op zou komen. Dit is normaal: enkel de WHO of grote openbare gezondheidsdiensten (het NHS in Groot-Brittanië bijvoorbeeld) beschikken over middelen om dit soort onderzoeken uit te voeren. En de WHO heeft zich teruggetrokken op dit domein.
De muur is nu doorbroken door een studie met de titel INWORKS onder leiding van Klervi Leuraud en Dvid B Richardson en die een groot aantal medische diensten omvat. Een populatie van 308.297 werknemers is met een dosimeter gevolg gedurende een totaal van 8,2 miljoen persoons-jaren. Gemiddeld is dus elke persoon gedurende 26,5 jaar opgevolgd. De gemiddelde opgelopen dosis is 1,1 mGy/jaar (1 milli-Gray per jaar, uitgestraalde dosis). Ter herinnering, de doses die aanvaardbaar worden beschouwd voor de werknemers in de Franse centrales liggen op 100 mS (millieSievert, de ontvangen dosis, komt in dit geval overeen met 100mGy) in 5 gecumuleerde jaren met een maximum van 50 mS per jaar, dus een dosis die 50 keer hoger ligt dan de gemiddelde dosis die de bestudeerde populatie heeft gekregen.
Het verband tussen deze lage doses en bloedkankers (leukemie) die een vroegtijdig overlijden veroorzaken is sterk. Het relatieve risico stijgt met 3 per Gy; en voor sommige leukemietypes met 10.
Dat is onaanvaardbaar. De blootstellingsnormen moeten onmiddellijk naar beneden worden herzien. Iedereen die blootgesteld is aan nucleaire risico’s moet worden geïdentificeerd, ook zij die in onder-aanneming werken, als interim-kracht, of onder andere precaire statuten, of het nu in de energiesector is of in de medische sector. Al die personen zouden moeten opgevolgd worden gedurende gans hun leven, en de kankers die zich voor doen moeten door de bedrijven en de betrokken diensten als arbeidsziekte aanvaard worden.
Een arbeidsduurvermindering dringt zich op alsook de snelle sluiting van de atoomcentrales. Het gebruik van radiografieën en van radiotherapie moet in termen van veroorzaakte schade herbekeken worden vergeleken met de meerwaarde betreffende diagnostiek en therapie.
Ten slotte moet het schandalige akkoord tussen het IAA en de WHO verbroken worden en dient de WHO een bewakingsrol te hebben op de gezondheid van werknemers in de nucleaire sector en op bewoners die wonen naast reactoren.
Noten:
1) Zie: http://www.thelancet.com/journals/lanhae/article/PIIS2352-3026%2815%2900094-0/fulltext
2) De WHO ondertekende samen met het IAA het akkoord “WHA 12-40”, op 28 mei 1959
Leo Tubbax is woordvoerder van het comité Nucléaire Stop Kernenergie