De overwinning van Jeremy Corbyn in de strijd om het leiderschap van de Labour Party op 12 september was gedenkwaardig. De omvang van zijn succes en de duizenden – vooral jonge – mensen die betrokken waren bij de campagne waren beide buitengewoon.
De manier waarop hij het debat aanging wijzigde deze zomer al de politieke situatie en veroorzaakte een politieke verschuiving naar links – en die dynamiek ontwikkelt zich verder. Het fenomeen Corbyn heeft het politieke debat naar links geduwd en de echte politiek terug op de dagorde geplaatst.
De kern van wat er nu ter discussie wordt gesteld, is het idee van de Conservatieven – dat door veel Labour-parlementariërs niet ter discussie werd gesteld of alleen op een zwakkere manier wordt geformuleerd – dat er geen alternatief is voor het bezuinigingsbeleid. De schaduwminister van financiën John McDonnell stelde zelfs onomwonden dat het bezuinigingsbeleid een politieke keuze is; een beleid waarmee men de armen nog armer wil maken en de rijken nog rijker.
De resultaten hiervan zijn nu al duidelijk. Labour verdubbelde haar ledenaantal en is nu groter dan alle andere partijen samen. Mensen die nooit eerder actief waren of die al sinds jaren niet meer actief waren, zetten zich nu actief in.
Corbyn bereikt steeds meer mensen, bijvoorbeeld door de mensen uit te nodigen vragen aan te dragen die hij volgens hen moet stellen tijdens het vragenuurtje in het parlement. Corbyn geeft een stem aan gehandicapte activisten, aan mensen die een betaalbare woning zoeken en aan diegenen die zich over vele andere kwesties zorgen maken. Het idee dat alle politici het zelfde zijn, wordt hier ter discussie gesteld doordat hij op een andere manier aan politiek doet. De rechtervleugel van Labour heeft een nederlaag geleden, maar is niet uitgeschakeld. Ze kunnen het niet hebben dat Corbyn stelt dat de Labour Party een antibezuinigingspartij is.
Ze zoeken naar mogelijkheden om hem te ondermijnen. Een eerste belangrijke kans om tegen Corbyn te ageren zou na de komende verkiezingen van mei 2016 kunnen zijn. Er zijn in die maand gemeenteraadsverkiezingen in de meeste delen van Groot-Brittannië en ook verkiezingen voor het Schotse parlement, voor de Assemblee van Wales en de verkiezing van de burgemeester van Londen. Als de resultaten slecht zijn voor Labour, zal Corbyn zeker de schuld krijgen.
Maar zelfs dat is niet eenvoudig.
In Schotland kan Labour namelijk moeilijk nòg slechtere resultaten boeken dan afgelopen mei. Labour zou zelfs betere resultaten halen als Corbyn afstand zou nemen van het Unionisme (= tegen een onafhankelijk Schotland) waarmee Labour zoveel schade opliep. Zijn perspectieven zouden er zeker bij gebaat zijn als hij in heel Groot-Brittannië zou pleiten voor evenredige vertegenwoordiging in alle verkiezingen. Het zou positief zijn als hij de aanloop naar COP21 in Parijs zou gebruiken om uit te leggen dat de plannen van de Conservatieven eerder bijdragen aan, dan een oplossing bieden voor, de verwoestingen van de klimaatverandering.
Overal in het land is het duidelijk dat de opkomst van Corbyn betekent dat zich nu meer mensen met meer energie voor Labour inzetten in de aanloop naar de verkiezingen in mei dan in tientallen jaren of misschien wel ooit het geval is geweest. Maar de mate waarin belangrijke kandidaten zich vereenzelvigen met Corbyn’s beleid en met de manier waarop hij aan politiek doet, zal ook van invloed zijn.
Mensen die nu lid zijn geworden van Labour om de antibezuinigingspolitiek te steunen zullen niet enthousiast zijn om voor kandidaten te werken die eerder lokale bibliotheken en peuterspeelzalen hebben gesloten, die de privatisering van lokale diensten steunden of de werkomstandigheden van het gemeentepersoneel hadden aangevallen. In deze context werd de gedurfde en goed ontvangen beslissing genomen om Corbyn’s campagne om te vormen tot Momentum, een naar buiten gericht nationaal netwerk met leden van Labour en mensen die geen lid zijn van de partij. Om het politieke programma waarop Corbyn gekozen werd als partijleider te verdedigen, met de bedoeling hierop een meerderheid binnen de maatschappij op te bouwen, is er een sociale beweging nodig; een beweging tegen de bezuinigingen, tegen de oorlog, voor burgerrechten en rechten op de werkplek, een beweging die open staat voor iedereen die deze visie steunt en samen wil werken in een democratisch kader om deze ideeën tot de ideeën van de meerderheid in Groot-Brittannië te maken.
Leden van de Labour Party moeten intern zowel lokaal als nationaal discussiëren over de prioriteiten voor democratisering van de partijstructuren enerzijds en campagnes op straat anderzijds. Maar louter op die basis organiseren volstaat niet in het kader van wat er gedaan moet worden, of om het potentieel van deze zomer te benutten. Corbyn, McDonnell en gelijkgezinden zijn hier heel duidelijk over en moeten daarin uitdrukkelijk ondersteund worden.
Dit is natuurlijk ook een grote uitdaging voor links buiten de Labour Party.
Left Unity (Linkse Eenheid), opgezet als een politiek alternatief voor alle tegenstanders van bezuinigingspolitiek, stelt deze discussies, niet verrassend, centraal in het debat tijdens de conferentie in november. Het ondemocratische verkiezingssysteem van Groot-Brittannië en de vakbeweging met zijn specifieke historische banden met de (sociaaldemocratische) Labour Party, maken dat de radicalisering die leidde tot de overwinning van Corbyn ingaat tegen de overwegende tendensen elders in Europa waar de laatste tien jaar brede linkse partijen zijn ontstaan.
Sommige mensen hebben nu al beslist dat ze onder Corbyn in Labour thuishoren. We wensen hen het beste toe en we verwachten een goede samenwerking binnen Momentum en in diverse campagnes. Anderen stellen voor te stoppen met Left Unity en zich om te vormen tot nog een intern/extern netwerk – zonder echt uit te leggen wat dit precies betekent.
Socialist Resistance denkt dat dit een ernstige fout zou zijn. Wij denken dat Left Unity op dit moment lid zou moeten worden van Labour. Dit zou gezien kunnen worden als een bewijs voor het belang dat wij hechten aan de beweging rond Corbyn en de veranderingen die ze nu al heeft veroorzaakt. We zijn van mening dat Left Unity daarbij een eigen identiteit moet behouden, met eigen politieke standpunten, structuur en leiding.
De behoefte aan een radicale linkse partij die het gevecht tegen de bezuinigingen kan leiden en een beleid kan uitwerken in het belang van de meerderheid en niet van de elites, blijft een absolute noodzaak. De ploeg rond Corbyn heeft zich duidelijk ten doel gesteld een Labour Party te vormen die daartoe in staat is, maar ondanks de veranderingen die nu al zijn doorgevoerd, zijn er nog veel hinderpalen op deze weg.
Daarom is het doel van Socialist Resistance nog steeds, een belangrijke rol te spelen binnen Left Unity en ook enthousiast steun te geven aan Momentum en aan zijn initiatieven.
Socialist Resistance is de Britse afdeling van de Vierde Internationale. Deze verklaring verscheen op 3 november op International Viewpoint. Nederlandse vertaling: Marijke Colle.