Het is altijd weer een genot om iets van Rosa Luxemburg te lezen. Weinigen schrijven zo meeslepend en vlammend als zij. In The old mole neemt ze het op voor de Russische Revolutie van 1917 nog vóór oktober. Ze begroet het afzetten van de Tsaar in februari en de vredeswil van het Russische proletariaat als een eerste stap op weg naar een betere, socialistische wereld.
Rosa schreef The old mole twee jaar voordat ze door rechtse fanatici werd vermoord. Het artikel is nu afgedrukt in het boek October 1917 – Workers in power. Vers van de pers, met het oog op de herdenking volgend jaar van Honderd Jaar Oktoberrevolutie.
Van onderop
October 1917 bevat behalve het artikel van Rosa Luxemburg bijdragen van Paul le Blanc, Ernest Mandel, David Mandel, Leon Trotsky en Lenin.
Paul le Blanc is een Amerikaans historicus, hoogleraar aan het La Roche College. Hij opent het boek met een recente terugblik op de Russische revolutie en de betekenis ervan voor de twintigste eeuw.
Van Ernest Mandel is de meest omvangrijke bijdrage aan dit boek, 73 pagina’s, met een herdruk van zijn artikel uit 1992 Coup d’état or social revolution? Deze Belgische econoom en bij leven vooraanstaand lid van de door Trotsky opgerichte Vierde Internationale bestrijdt daarin dat de Oktoberrevolutie louter een staatsgreep zou zijn geweest. Het ging om méér dan een gewapend optreden van een kleine groep radicale bolsjewiki onder leiding van Lenin en Trotsky.
Volgens Mandel was het wel degelijk een échte revolutie van onderop. De omwenteling in oktober 1917 valt alleen te begrijpen tegen de achtergrond van massale honger en misère bij een meerderheid van de toen honderd miljoen Russen. Die ellende werd vooral veroorzaakt door de betrokkenheid in de Eerste Wereldoorlog (WO1). Ongeveer twee miljoen Russen sneuvelden op de slagvelden. Een even groot aantal keerde verminkt huiswaarts. Arbeiders en boeren kwamen in opstand tegen hun tirannieke Tsaar en eisten Brood en Vrede. De bolsjewiki gaven in die opstand “slechts” de laatste stoot richting “Alle Macht Aan De Soviets”, waarbij het bestuur in handen kwam van de raden van arbeiders, boeren en soldaten.
Geen keuze
Volgens Ernest Mandel was er feitelijk geen andere keuze mogelijk in oktober dan het sein te geven tot die revolutie, terwijl óók de bolsjewiki beseften dat de verwezenlijking van het socialisme in een ‘achterlijk land’ als Rusland alleen, niet mogelijk was. Lenin en Trotsky rekenden op snelle steun van en samenwerking met de socialisten in de rest van Europa. Maar in oktober was er geen alternatief. De ellende en de tegenstellingen waren zo verhard dat géén revolutie tot nog veel meer ellende zou hebben geleid. De rechtse generaal Kornilov bijvoorbeeld kondigde aan de opstand te willen onderdrukken, ook al zou hij daarvoor het halve land in brand moeten steken en driekwart van de bevolking moeten vermoorden.
De machtsovername in oktober verliep trouwens vrij geweldloos. In Petersburg vielen twaalf doden. In de burgeroorlog die daarop volgde, van van 1917 tot 1921, probeerden binnen- en buitenlandse tegenstanders, de Witten en twaalf interventielegers uit kapitalistische landen, om het Soviet-bewind van de Roden te breken. Tijdens die burgeroorlog vielen minstens zes miljoen doden.
Twee fouten
Voor dit bloedbad ziet Ernest Mandel evenmin een reëel alternatief. Gezien de verhoudingen was een massaslachting hoe dan ook onvermijdelijk. Wél geeft hij aan dat de bolsjewiki waarschijnlijk twee grote fouten hebben gemaakt. Hij noemt dan de oprichting van de geheime dienst, de Cheka, de latere GPOe – NKVD – KGB – FSB. Maar vooral het verbieden in 1921 van de andere Soviet-partijen, zoals de mensjewiki, sociaal-revolutionairen en anarchisten, was desastreus. Terwijl in 1921 de teugels juist gevierd hadden kunnen worden, omdat toen eigenlijk de burgeroorlog was gewonnen. Het beperken van de democratie wijst Mandel aan als een verkeerde keuze met grote gevolgen die mede het pad hebben geëffend voor onvrijheid, bureaucratie, machtsmisbruik en de opkomst van het stalinisme.
In zijn ogen had de Oktoberrevolutie niet noodzakelijkerwijs tot het stalinisme behoeven te voeren. Ondanks het uitblijven van de wereldrevolutie als verlossing van het achterlijke Rusland, hád de geschiedenis nog een andere loop kunnen krijgen. Zonder Cheka en verbod van de andere Soviet-partijen. Daarna betoogt hij in drie zinnen dat het verraden van de revolutie door de sociaaldemocraten vanaf het begin van WO1 rechtstreeks moest leiden tot de vijftig miljoen doden in de Tweede Wereldoorlog, twintig jaar later. Hoewel er wellicht goede gronden zijn voor een dergelijke bewering, zijn we dan wel met erg grote stappen snel thuis.
Fabriekscomités
Aanzienlijk minder haastig en met veel oog voor detail gaat David Mandel te werk. David is géén familie van Ernest, hij is een Canadese politicoloog en hoogleraar aan de Universiteit van Québec. Hij heeft onlangs een onderzoek afgerond in vrijgekomen documenten over het functioneren van de fabriekscomités in Petrograd in het revolutiejaar 1917. David Mandel doet nauwgezet verslag van wat er omging in deze meest basale organisaties van arbeidersmacht. Hij schetst de verhoudingen tussen de bolsjewiki, mensjewiki, sociaal-revolutionairen en anarchisten in tal van bedrijven, tot en met die in het comité van de Putilov-fabriek met zijn dertigduizend werknemers.
David Mandel beschrijft hoe in de loop van het revolutiejaar 1917 de stemming onder de arbeiders sterk radicaliseerde. De anarchisten zijn van meet af aan voorstander van totale onteigening en zelfbeheer. Maar in februari neemt een meerderheid van de werkers nog genoegen met arbeiderscontrole via de vakbonden. In de loop van het jaar verslechtert de economische situatie en voelen veel arbeiders zich geroepen tot het medebeheer van de bedrijven. Bijvoorbeeld door de toelevering van grondstoffen en de afzet van producten te verzekeren. Op dat moment gaat dit de bolsjewiki te ver: zij zien hierin een vorm van klassensamenwerking, zij houden nog vast aan ‘controle’ zonder één-tweetjes met de bazen.
Tegen oktober doen zich echter steeds meer gevallen voor van fabriekseigenaren die de boel saboteren of zelfs bedrijven op slot gooien. In het verlengde van “Alle Macht Aan De Soviets” worden dan alle bedrijven genationaliseerd. Met volledige instemming van de bolsjewiki, de anarchisten en de meerderheid van de arbeiders. Een korte periode van zelfbeheer breekt aan. Die houdt echter geen stand.
Centralisatie
David Mandel beschrijft hoe onder de druk van de burgeroorlog en de overlevingsstrijd van de bolsjewiki een extreme centralisatie plaatsvindt en de fabriekscomités feitelijk hun zeggenschap verliezen.
Regionale Soviets, gedomineerd door de bolsjewiki, maken de dienst uit. De burgeroorlog, chaos, werkloosheid en honger doen het zelfbeheer per bedrijf en zelfs elementaire vakbondsrechten de das om. Ter illustratie van de ineenstorting van het economisch leven geeft David aan dat van de 400.000 arbeiders in Petrograd er in mei 1918 nog maar 140.000 werkzaam zijn. De industriële productie zakt van 100 procent in 1913, dus vlak voor WO1, naar 25 procent in 1920 op het dieptepunt van de burgeroorlog.
Volgens David Mandel begint de verloedering van de socialistische revolutie niet pas in 1921, zoals zijn naamgenoot meent, maar al in 1918 met het monddood maken van de fabriekscomités en daarmee van de arbeidersmacht aan de basis. Maar mét die andere Mandel meent hij dat in oktober 1917 de bolsjewiki niet één of andere wild geworden bende vormden, maar “vlees waren van het vlees van de arbeidersklasse”.
De eerste lamp van Edison was ook niet best…
Behalve de artikelen van Luxemburg, Le Blanc en de Mandellen bevat October 1917 – Workers in power nog twee interessante bijdragen. Dat betreft een terugblik van Trotsky uit 1932 en een brief van Lenin aan de Amerikaanse arbeidersklasse van augustus 1918.
Bij Trotsky gaat het om een lezing voor Deense studenten in Kopenhagen. De organisator van het Rode Leger ten tijde van de Oktoberrevolutie is dan al vier jaar door Stalin verbannen uit de Soviet-Unie, maar treedt dan evengoed op In defence of october. Hij geeft een historisch overzicht van de aanleiding en het verloop van de Russische revolutie. Hij verklaart ook de periode daarna en de overgangssituatie die zwaar werd belast door een erfenis van onderontwikkeling in eigen land en door een vijandige omsingeling van kapitalistische landen. En er werden fouten gemaakt uit gebrek aan ervaring: “Edison’s first lamp was very bad”.
Ontbinding in ons midden…
De Letter to American workers van Lenin van augustus 1918 is uiterst illustratief voor de toenmalige tijd en toestand. Het is een hartstochtelijk pleidooi voor begrip van en steun voor de Russische revolutie.
Met verwijzingen naar ervaringen in Amerika zelf met opstand en burgeroorlog, geeft Lenin inzicht in de Russische geschiedenis. Hij wijst op de eeuwenlange onderdrukking en uitbuiting door de Tsaren en de culminatie van dood en honger in de imperialistische WO1. Een wereldoorlog van en voor de rijken, maar op de slagvelden uitgevochten door gewone jongens. Met na vier jaar tien miljoen dode soldaten en twintig miljoen mensen met verminkingen. Het was volkomen terecht om daar tegenover op te komen voor vrede, democratie, een achturendag voor de arbeiders en een landhervorming voor de boeren. En juist door de nietsontziende weerstand van de oude machthebbers konden deze verlangens slechts met veel vernieling en geweld kracht worden bijgezet. Daarbij, ook Lenin geeft dat grif toe, zijn grote fouten gemaakt:
“Laat de corrupte burgerlijke pers de hele wereld toeschreeuwen over elke fout die onze revolutie maakt. Wij zijn niet bang voor onze fouten. Mensen zijn geen heiligen geworden door de revolutie. De werkende massa, die eeuwenlang is onderdrukt, vernederd en met geweld in armoede, wreedheid en onwetendheid is gedompeld kan fouten niet vermijden als ze een revolutie maakt. Zoals ik eerder aangaf, kan het overblijfsel van de kapitalistische maatschappij niet in een doodskist worden gestopt en begraven. Het lijk van het kapitalisme vergaat en ontbindt in ons midden, de lucht vervuilend en ons leven vergiftigend, besmettend alles dat nieuw, fris, jong en vitaal is met wat oud is, wat sterft en rot.”
In menig opzicht is Lenins brief een noodkreet die hij desalniettemin beëindigde met het noteren van een onbegrensd vertrouwen in de onoverwinnelijkheid van de wereldrevolutie. Een optimisme dat hij deelde met Trotsky die zijn lezing in Kopenhagen afsloot met de woorden:
“Socialisme zal een sprong voorwaarts zijn van het rijk van de noodzaak naar het rijk van de vrijheid, ook in die zin dat de hedendaagse mens, met al zijn tegenstellingen en gebrek aan harmonie, de weg zal openen naar een nieuwe en betere mensheid.”
Goed verzorgde uitgave
October 1917 – Workers in power telt 234 bladzijden. Naast de genoemde bijdragen bevat het boek:
– korte biografieën van de auteurs,
– een tijdtabel en een etappe-overzicht van de Russische revolutie,
– korte beschrijvingen van alle voorkomende personen, plaatsen, gebeurtenissen en organisaties,
– een bibliografie.
Het is uitgegeven als Notebook van het International Institute for Research and Education in 2016. De prijs is 20 euro. Te bestellen via de Grenzeloos webwinkel.
Tot slot: alle artikelen in October 1917 – Workers in power kennen passages over het fenomeen revolutie in het algemeen, over de historische betekenis van het verschijnsel “fundamentele sociale en politieke omwenteling”. Dat is vooral het geval bij Ernest Mandel, Lenin en Trotsky. Echter, in deze publicatie gaat geen der schrijvers in op de actuele betekenis van “de revolutie”. Dit onderwerp wordt wel duidelijk aan de orde gesteld in Revolutie in de 21e eeuw geschreven door Chris Harman. Dat boek is eerder door mij besproken onder de titel Honderd jaar Oktoberrevolutie.
Dit artikel verscheen oorspronkelijk op Solidariteit.