De straatprotesten in Libanon krijgen te lijden onder steeds meer brutale repressie. Aanleiding is het escalerende probleem van het niet opgehaald stadsvuil, maar de interne corruptie van het politieke systeem voedt de protesten. Journalist Bart Peeters-Akkermans vat de voorbije dagen samen.
Ash-shaab yurid ‘isqat an-nizam – het volk wil de val van het regime: het is alweer vier jaar geleden dat we de populaire slogan van het begin van de Arabische lente in Tunesië en Egypte nog gehoord hebben, maar tijdens het weekend van 22-23 augustus 2015 was het opnieuw zover en dook de slogan eindelijk ook op in Libanon, een land dat sinds 2011 gevrijwaard leek te blijven van populaire volksbewegingen en protesten.
Sinds het begin van de zomer 2015 wordt er in Beiroet en in het grootste deel van Libanon geen vuilnis meer opgehaald omwille van een dispuut over een gesloten vuilnisbelt. Ondanks een contract dat specifiek recyclage vereist, wordt het opgehaalde vuil in Libanon al jaren gewoon op enorme afvalbergen gestort. De grootste en bekendste daarvan ligt bij Sidon (Saida), aan de kust. Elke winter kalft er een deel van af dat in de Middellandse Zee terechtkomt.
Sukleen, het bedrijf dat het monopolie heeft op de ophaling is, zoals veel lucratieve ondernemingen in het land, eigendom van de familie van de in 2005 vermoorde ex-premier Hariri. Deze man heeft corruptie en crony capitalism1 verheven tot een kunstvorm. Zo heeft hij al na het einde van de burgeroorlog (1975-1990) het waardevolle land in het centrum van de hoofdstad Beiroet voor een habbekrats onteigend in naam van zijn publiek-private bedrijf Solidere. Als premier wees hij het project voor de heropbouw van Beiroet aan zijn eigen bedrijf toe, waarvoor de staat Libanon geld leende van zijn eigen bank BankMed om daarmee zijn bedrijf Solidere te betalen. Kassa verzekerd en de erven Hariri zijn dan ook met zijn vijven vertegenwoordigd in de Fortune 500 van Forbes.
De hele Libanese politieke elite – die grotendeels bestaat uit (ex-)militieleiders die hun macht en fortuin veroverd hebben tijdens de bloedige vijftienjarige burgeroorlog – werkt echter volgens hetzelfde principe. De functionering van de ‘staat’, of wat daar moet voor doorgaan, is er dan ook naar. Zelfs in de hoofdstad Beiroet heb je elke dag drie uur geen elektriciteit, buiten de hoofdstad mag je al blij zijn met een paar uur stroom per dag, in de zomer zijn er in dit waterrijkste land van het Midden-Oosten telkens weer watertekorten, de infrastructuur is in lamentabele toestand, ‘body guards’ van derderangspolitici kunnen ongestoord mensen aftuigen of zelfs vermoorden die in hun weg lopen … (zie hierover mijn weblog).
Daarnaast heeft het huidige parlement al twee keer – ongrondwettelijk – zijn eigen termijn met een jaar verlengd en slaagt de politieke elite er al bijna twee jaar niet in om overeen te komen wie de nieuwe president wordt. Volgens de grondwet hadden er al twee jaar geleden verkiezingen moeten plaatsvinden, maar de machthebbers blijven die voor onbepaalde termijn uitstellen.
Het parlement en de regering zijn sinds juli 2015 al verschillende keren samengekomen om het vuilnisprobleem te bespreken. Maar de belangen zitten zo vastgeroest dat er geen uit raken is voor dit in feite zeer concrete en eenvoudige probleem, dat ook hen zelf treft – je moet je de stank in de hele hoofdstad proberen voor te stellen van tonnen huishoudafval die al maandenlang in de hitte op straat blijft liggen rotten.
Wie protesteert?
In tegenstelling tot de protesten die in 2005 de Syrische bezetting beëindigden – wat soms wel eens onterecht als voorloper van de Arabische lente wordt beschouwd – en die georganiseerd werden door een van de twee grote kampen in de Libanese politiek, de zogenaamde beweging van 14 maart (een coalitie van “pro-Westerse” soennieten (Mustaqbal), christenen (Lebanese Forces en Falangisten) en druzen (PSP), zijn de protesten van de voorbije dagen niet sectair en worden ze door geen enkele politieke partij gedragen.
Mensen kwamen spontaan op straat – de eerste keer woensdag 19 augustus – om te protesteren tegen inefficiëntie, corruptie en ongrondwettelijkheid van regering en parlement. Pogingen tot recuperatie door de gevestigde partijen worden tot nog toe resoluut afgewimpeld en parlementsleden die dachten zich sympathiek te komen maken, werden van het plein verjaagd.
De organisatie van het protest gebeurt door een platform dat zichzelf Talaat Rihetkum noemt (‘#Youstink’). Het wordt gedeeltelijk gedragen door activisten die enkele jaren geleden deelnamen aan de Laïque Pride beweging (zie hierover dit interview).
Dit is een seculiere beweging tegen het sectarisme dat de Libanese politieke kaste in stand houdt en het volk verdeelt – naast andere onafhankelijke activisten, kleine linkse bewegingen zoals Socialistisch Forum, seculaire studentenclubs en feministische groeperingen. Zondag 23 augustus 2015 heeft het Nationale Coördinatiecomité van de Vakbonden (UCC) ook zijn steun toegezegd aan de protesten, wat een belangrijk momentum creëert.
Wat deze protesten onderscheidt van de eerdere Laïque Pride betogingen, is dat de seculiere jongeren nu ook hun ouders en grootouders meebrengen. Het enthousiasme voor deze protesten overschrijdt ver de traditionele basis van deze activisten en wordt zeer breed gedragen, zowel binnen Libanon als in de grote, over de wereld verspreide diaspora. Het is een echt “Ya basta!”-moment. Binnen deze spontane beweging wordt er momenteel gedebatteerd over manieren om het momentum gaande te houden en de beweging te bestendigen.
Hoe reageert de politieke kaste?
Allereerst met brutale repressie. Op woensdagavond 19 augustus werden de betogers op het Riadh al Sulhplein in het centrum van Beiroet, die op dat moment nog veel minder talrijk waren dan tijdens het weekend daarop, met waterkanonnen, traangas en wapenstokken weggejaagd en enkele activisten werden gearresteerd. Dit genereerde deels de dynamiek die zaterdag 22 augustus veel meer mensen op de been bracht.
De ordetroepen pasten dan dezelfde tactiek nog intensiever toe op de veel talrijker betogers, waarbij zowel gezinnen met kleine kinderen als ouden van dagen “gekettled” (afgezonderd) werden in een afgesloten straat en vervolgens frontaal aangevallen door een barrage van waterkanonnen, een overdaad aan traangas en chargerende oproerpolitie.
Zelfs het leger greep in en schoot op demonstranten, wat in de Libanese context – waar het leger zich normaal gezien zorgvuldig afzijdig houdt van interne aangelegenheden om zijn ‘neutrale’ status te bewaren – ongezien is. Er werd zowel geschoten met rubberkogels als met “echte” kogels. Er vielen talrijke gewonden, waaronder een aantal die vertrappeld werden in de panische stampende massa en een aantal die getroffen werden door traangasgranaten en kogels.
De politie viel ook individuele betogers aan en probeerde hen te isoleren en mee te nemen. Minstens één persoon is zo nog altijd vermist. De betogers laten zich echter niet afschrikken en hebben ondertussen een tentenkamp opgeslagen op het Riadh al-Solhplein. Ze proberen nog altijd door te stoten naar het Nejmehplein vóór het parlement. Op zondag waren er zo’n 15.000 mensen aanwezig en terwijl het er eerst op leek dat de machthebbers beseften dat pure gewelddadige repressie hen niet ging helpen, is het scenario van zaterdagavond zich, terwijl ik dit op zondagavond 23 augustus schrijf, opnieuw aan het herhalen. De eerste dode is ondertussen gevallen. Het is op dit moment nog niet duidelijk of zijn hoofdwonde veroorzaakt is door een kogel of een traangasgranaat.
Wat zijn de eisen van de betogers?
De eerste en concrete eis is natuurlijk een oplossing voor de vuilniskwestie. Daarnaast verscheen vandaag een communiqué dat de ontbinding van parlement en regering en de uitschrijving van nieuwe verkiezingen eist. Dit behoorde niet tot het oorspronkelijk, veel gematigder eisenpakket van de organisatie, die ingehaald wordt door het enthousiasme en de radicalisering van de deelnemers aan de demonstraties en de bredere sympathiserende bevolking.
In feite valt deze nieuwe beweging daarmee de fundamenten zelf aan van de politieke entente die de Libanese politiek bepaalt sinds de Ta’if-akkoorden die de burgeroorlog (1975-1990) beëindigden. Dat akkoord veroordeelde het land tot een sectair systeem waarin de macht verdeeld wordt onder de verschillende religieuze gemeenschappen en waarin de machtsposities veroverd door de diverse militieleiders uit de burgeroorlog bevestigd en bestendigd worden.
Dit systeem is sindsdien volledig vastgeroest en verhindert al sinds 1990 elke verandering of aanpassing aan evoluerende realiteiten of een oplossing voor de vele concrete problemen van corruptie, vriendjespolitiek en machtsmonopolies die de hele infrastructuur en alle instituties in het land blokkeren. Om essentiële zaken zoals de onrechtvaardige verkiezingswet te veranderen, moet in feite de grondwet aangepast worden – wat geëist wordt omdat de nieuwe verkiezingen volgens de demonstranten niet op basis van de bestaande verkiezingswetgeving georganiseerd kunnen worden.
Wat zijn de perspectieven?
De gebeurtenissen van zondag 23 augustus zijn veelbetekenend. Zoals eerdere protesten in het land in 2005 en zoals de betogingen van Laïque Pride of de recentere demonstraties voor vrouwenrechten, wordt ook deze beweging gedomineerd door de betere middenklasse, die de ordewoorden “peaceful” en “civilised” als dogma’s hanteert en vooral niet geassocieerd wil worden met de lagere klassen, die gezien worden als conservatief, vulgair, gewelddadig en irrationeel.
Toen er zondag enkele molotovcocktails gegooid werden, kwam die hele “classist mentality” meteen naar boven. Het probleem is tweeledig: enerzijds lijkt het erop dat de molotovgooiers leden zijn van Amal – de sjiietische beweging van Nabih Berri die al sinds 1989 (!) de incontournable parlementsvoorzitter is en dus een recuperatiepoging inhouden van de beweging.
Anderzijds lijkt het erop dat de brede bevolking de politieke impasse en al de concrete consequenties daarvan op hun dagelijkse leven eindelijk echt wel massaal beu is en dat een breekpunt bereikt is: het zou dus best kunnen dat de molotovgooiers – Amal-leden of niet – spontaan deelnemen aan de demonstratie, maar op een manier die de bourgeois organisatoren niet zien zitten.
In die beweging zijn namelijk ook organisaties actief als Yisar Dimuqrati (Democratisch Links) die duidelijk geassocieerd zijn met de Amerikaanse organisatie National Endowment for Democracy (NED). Deze organisatie wordt gefinancierd met subsidies van het Amerikaanse overheidsagentschap voor ontwikkelingssamenwerking USAID en heeft al langer een geur van “Amerikaanse kleurenrevoluties” over zich hebben.
Zolang die associatie van middenklasse/kleurenrevolutie blijft bestaan, zal de beweging het moeilijk hebben het gros van de bevolking mee te krijgen, om nog maar te zwijgen over de breuklijnen die zelfs tussen de demonstranten nu al duidelijk worden. Zo stond er op de facebookpagina van You Stink op zondagavond 23 augustus het bericht: “YouStink calls on security forces to clear the site of the demonstration of politically motivated troublemakers”, wat toch een vrij vreemd verzoek is van ‘politically motivated troublemakers’2 aan de ordetroepen die hen op datzelfde moment aanvallen…
Hoe de opposanten het ook aanpakken, de volstrekte onverantwoordelijkheid, corruptie en nonchalance van de politieke kaste speelt in hun voordeel. Dit wordt bijvoorbeeld duidelijk geïllustreerd met een video-opname die op dit moment de ronde doet op sociale media en waarop de minister van binnenlandse zaken Nouhad al Mashnouq te zien is terwijl hij aan het feesten is op het Griekse eiland Mykonos tijdens deze crisis…
Bart Peeters-Akkermans studeerde Arabisch en werkte na zijn studies drie jaar in Libanon, Syrië, Jemen en Saoedi-Arabië als journalist, vertaler en onderzoeker.
1 Een “crony” is een “vriend” in een hoge positie in de overheid of de privésector die bereid is voor jou allerlei niet al te eerlijke dingen te regelen. “Crony capitalism” is een systeem waarbij een groot deel van alle economische activiteit verloopt via persoonlijke of familiale banden die personen met elkaar hebben in de overheid en de privé-sector.
2 De term “politiek” wordt in Libanon veelal gebruikt in de zin van “partijpolitiek” – zoals het Engelse “partisan”.
Foto’s: facebook.com/tol3etre7etkom
Deze reportage verscheen eerder op DWM.