• FRANÇAIS (LCR)

sap-rood.org

SAP

antikapitalistische lenteschool 2017
  • home
  • Wie zijn wij?
    • SAP
    • Uitgavenfonds Ernest Mandel
  • België
    • politiek
    • syndicaal-sociaal
    • verkiezingen 2014
  • internationaal
    • Afrika
      • Algerije
      • Burkina Faso
      • Egypte
      • Kenia
      • Marokko
      • Soedan
      • Tunesië
    • de Amerika’s
      • Argentinië
      • Bolivië
      • Brazilië
      • Chili
      • Colombia
      • Cuba
      • Ecuador
      • Guatemala
      • Haïti
      • Honduras
      • Mexico
      • Peru
      • Puerto Rico
      • Venezuela
      • Verenigde Staten (VS)
    • Azië
      • Cambodja
      • China
      • Filippijnen
      • Maleisië
      • Pakistan
      • Thailand
      • Vietnam
    • Europa
      • Italië
      • Luxemburg
      • Nederland
      • Noorwegen
      • Oekraïne
      • Portugal
      • Rusland
      • Schotland
      • Slovenië
      • Spaanse Staat
      • Turkije
    • internationale instellingen
    • Midden-Oosten
    • Oceanië
  • themas
    • antifascisme
    • antiracisme
    • cultuur
    • ecologie
    • economie
    • feminisme
    • geschiedenis
    • biografieën
    • jongeren
    • LGBT+
    • migratie
    • strijd en bewegingen
    • Uitgavenfonds Ernest Mandel
  • onze blogs
    • Ida en Evie schrijven
    • blog Flor Vandekerckhove
    • blog Marijke Colle
    • blog Pips Patroons
  • linkse linkjes
  • e-shop

Toenemende spanningen in Oost-Azië

20 september, 2014 door Thomas Hofland

chinacostguardIn Oost-Azië vindt een machtsstrijd plaats tussen Japan, China en de Verenigde Staten. De VS breiden hun aanwezigheid uit, de Japanse regering breekt met populaire wetgeving inzake de inzet van het leger en China legt zijn eigen claims in de regio. Tegelijkertijd zijn er in Japan en Vietnam grote demonstraties.

Het plaatsen in mei van een boorplatform door de Chinese staatsoliemaatschappij (CNOOC) in Vietnamese wateren is een van de meest opvallende provocaties van de afgelopen tijd in Azië. Hoewel de Chinese regering claimde dat het boorplatform in Chinese wateren stond, vond zij het desondanks nodig om 86 schepen, waaronder zeven marineschepen, het platform te laten ‘begeleiden’.

De Verenigde Staten spraken er onmiddellijk schande van. Daniel Russel, de Amerikaanse staatssecretaris van Buitenlandse Zaken voor Oost-Azië, zei dat geen land ‘naar dwangmiddelen of het dreigen met geweld zou moeten grijpen om vooruitgang te boeken of een landclaim te doen’.

De reactie van Russel is hypocriet: de VS sloten onlangs een overeenkomst met de Filipijnen waarmee het Amerikaanse leger praktisch vrije toegang krijgt tot Filipijns grondgebied. De Filipijnse marine zette in mei elf vissende Chinezen vast, omdat ze op met uitsterven bedreigde zeeschildpadden aan het vissen zouden zijn. En Amerika heeft de afgelopen jaren met verschillende bondgenoten uit de regio militaire oefeningen gehouden die door China werden opgevat als provocatie.

De draai naar Azië

Dat Oost-Azië een grotere prioriteit wordt voor de VS, bevestigde Obama al in 2011 tijdens een speech in het Australische Canberra. ‘Na een decennium waarin we twee kostbare oorlogen hebben gevoerd, zullen de VS zich nu gaan richten op het grote potentieel in Oost-Azië.’ De VS hebben inmiddels 320.000 soldaten in Azië, op het grondgebied van bondgenoten. Het plan is om in 2020 60 procent van de militaire vloot in Oost-Azië gestationeerd te hebben.

Die hoeveelheid troepen is volgens Obama nodig om de regio ‘veilig te houden’ aangezien ‘China’s economische groei en militaire kracht’ zijn buurlanden zorgen baart. Volgens minister Hagel van Defensie heeft China: een keus: ‘zich met ons verenigen en zichzelf committeren aan regionale stabiliteit, of weglopen van dat commitment en de vrede en veiligheid op het spel zetten waarvan miljoenen mensen in de regio, en miljarden wereldwijd profiteren.’

De Amerikaanse ‘draai naar Azië’ heeft een economische reden. De economie van China is de afgelopen decennia explosief gegroeid. Tussen 1978 en 2009 groeide het Chinese bbp met bijna 2000 (!) procent. Als derde economie van de wereld, na de VS en Japan, begint China, naast een economische, ook een potentiële militaire bedreiging te vormen voor de Amerikaanse overmacht in de wereld. China besteedt dit jaar 12,2 procent meer aan militaire uitgaven.

Protest

Terwijl de wereldmachten hun kat-en-muis-spel spelen, zijn er ook protesten. In Tokio trokken op 30 juni tienduizend demonstranten naar het kantoor van minister-president Shinzo Abe om te protesteren tegen een herinterpretatie van de grondwet. Een besloten ministerraad nam een wet aan gebaseerd op ‘collectieve zelfverdediging’. Dit maakt het mogelijk dat het Japanse leger ook wordt ingezet als Japan zelf niet bedreigd wordt, en dat Japan bijvoorbeeld de VS te hulp schiet in een militair conflict.

De tienduizend demonstranten staan niet alleen. Uit polls blijkt dat 50 procent van de Japanners tegen de wijziging is, terwijl maar 34 procent de wijziging ondersteunt. In Vietnam werden grote betogingen gehouden tegen de Chinese regering vanwege het plaatsen van het boorplatform. Duizenden Vietnamezen bestormden Chinese fabrieken, waarbij de woedende menigte zich tegen Chinese arbeiders keerde. Bij gevechten kwamen vier Chinezen om het leven en raakte honderd mensen gewond.

De geweldsuitbarsting heeft ertoe geleid dat Chinese inwoners en toeristen massaal Vietnam ontvluchten en mijden. Inmiddels is China bezig met het weghalen van het boorplatform omdat het ‘zijn werk heeft gedaan’. Het was neergezet om te zoeken naar olie, en is daarin geslaagd. China heeft onlangs nog vier boorplatformen in de Zuid-Chinese Zee gebouwd. Deze staan echter in hun eigen wateren.

Omdat China simpelweg olie nodig heeft om de eigen economische groei voort te zetten, zullen de spanningen tussen imperialistische mogendheden in de toekomst alleen maar toenemen. Het Internationaal Energieagentschap rapporteerde onlangs dat China in 2020 450 miljoen ton olie per jaar nodig heeft. Tegen die tijd produceert China zelf 200 miljoen ton olie.

De gevaarlijke dynamiek tussen Japan, en vooral de VS en China is zorgelijk. Tegelijk zijn er echter ook steeds meer protesten. Elk jaar trekken miljoenen boeren naar de Chinese steden – met de opkomst van China is ook de Chinese arbeidersklasse enorm gegroeid. Zij zijn degenen die kunnen voorkomen dat de spanningen daadwerkelijk uitdraaien op oorlog.

Dit artikel verscheen oorspronkelijk op socialisme.nu

Print Friendly, PDF & Email

Categorie: Azië

 Facebook Twitter Flickr YouTube E-mail
hallo kameraad
lid-wrden
strijdfonds

zoeken

FeMiNiSmE–YeAh!archief Ernest Mandel IRJ 2017
Anticapitalista

cultuur

Film: Der Junge Karl Marx van Raoul Peck

Door Michael Löwy

De film Der Junge Karl Marx die de grote Haïtiaanse filmmaker Raoul Peck aan de jonge Marx wijdde, is een echt meesterwerk. Het is tevens het werk van een cineast die kant koos: die van de onderdrukten en uitgebuitenen die strijden voor hun emancipatie. Vandaar zijn belangstelling voor een zekere … [Meer lezen ...]

Tags

abortus asiel asielzoekers BBTK-SETCa Bechdel beweging bezuinigingen cinema culture ecologische economie Fellini Feminisme film FN FOD Financiën Gender IIRE indignados K&SR klimaatsverandering klimaattop COP 19 kolonialisme koopkracht overheidsdienst politiek Racisme Soberheid sociaal sociale Sorrentino staking stakingsrecht storm Taubira theorie Ulrike Meinhof vakbeweging vluchtelingen vrouwen werkloosheid
…en presto, het grooit!

"Van ieder naar zijn vermogen, aan ieder naar zijn behoeften."
--Karl Marx

Internationaal Revolutionair Jongerenkamp

IRJ 2017
Viva la IV!

Onze oude website kan je nog steeds hier raadplegen.

kalender artikels

april 2023
Z M D W D V Z
 1
2345678
9101112131415
16171819202122
23242526272829
30  
« okt    

image bank

  • DSC_0141
  • DSC_0140
  • DSC_0139
  • DSC_0137
  • DSC_0138
  • DSC_0136
  • DSC_0135
  • DSC_0132
  • DSC_0133

categorieën

andere hulpmiddelen

  • archieven
  • sitemap
  • folders te downloaden

SAP-LCR