Op 4 oktober hebben vier en zeventig landen die 55% van de uitstoot van broeikasgassen vertegenwoordigen, het akkoord van Parijs goedgekeurd. Het verdrag zal dus geldig zijn vanaf 4 november, net voor de COP 22 die van 7 tot 18 november door gaat in Marrakech (Marokko).
Geruststellende verklaringen
Dit akkoord wordt aangevuld met een ander akkoord: het afbouwen van de HFC’s (1), in het kader van het protocol van Montreal over de ozonlaag. Het opwarmend vermogen van de HFC’s is verschillende duizend maal hoger dan dat van CO2. Het verbieden ervan zal in vergelijking met de prognoses, de uitstoot van broeikasgassen met 90 Gt (Gt = Gigaton. 1 Gigaton is 1 000 000 000 ton) verminderen tegen 2050.
En dat is nog niet alles: de sector van de burgerluchtvaart heeft er zich nu toe verbonden op vrijwillige basis haar uitstoot te verminderen en te compenseren en heel binnenkort zal de scheepvaartsector hetzelfde toen. Het feit dat die twee sectoren buiten het akkoord van Parijs vielen werd door chagrijnige mensen voorgesteld als het bewijs dat de COP 21 het klimaat opofferde op het altaar van de globalisering. Die mensen kregen ongelijk!
De transitie is gestart, de cijfers tonen het: de hoeveelheid zonnecellen is op wereldschaal de laatste tien jaar met 51% gestegen en de windenergie steeg met 23%. Wanneer men de waterkrachtcentrales meetelt, produceren de hernieuwbare energiebronnen vandaag bijna één vierde van alle elektriciteit.
Het gevecht tegen de opwarming is dus begonnen. Geen paniek, we kunnen onze leiders vertrouwen. Het IPCC bereidt een rapport voor over de gevolgen van een opwarming boven de 1,5°C. Het akkoord van Parijs wordt ernstig genomen.
Dat is de geruststellende uitleg bij de voorbereiding van de COP 22. De publieke opinie wordt bestookt met onvolledige informatie om haar ervan te overtuigen dat de regeringen het nodige doen en dat de klimaatsverandering nu onder controle is.
Meer dan ooit is er een noodsituatie
Maar dit is niet waar. In 2016 steeg de concentratie van CO2 in de atmosfeer tot boven de 400 ppm en de opwarming heeft de 1°C overstegen in vergelijking met het pre-industriële tijdperk. Het oppervlak van de ijskappen tijdens deze winter is het kleinste dat ooit werd waargenomen en het zomer oppervlak is 60% kleiner dat 50 jaar geleden. De voorbije maand augustus is de warmste die ooit werd gemeten en het afbrokkelen van de gletsjers in westelijk Antarctica zal onvermijdelijk een stijging van het zeewaterpeil veroorzaken van 1,2 meter in de loop van de komende 2-3 eeuwen.
Het is natuurlijk wel zo dat er iets wordt gedaan aan de opwarming. Er valt een begin van loskoppeling waar te nemen tussen de economische groei (+3% in 2014)aan de ene kant en de emissies aan de andere kant (+0,5%). Maar de uitstoot stabiliseren volstaat niet: ze moeten naar nul gebracht worden over enkele tientallen jaren en voor het einde van de eeuw moet de Aarde meer CO2 opslorpen dan er wordt uitgestoten … Alleen op die voorwaarden kan het klimaat gered worden, en daaraan voldoet het akkoord van Parijs niet. Het is dus meer dan vijf voor twaalf.
Volgens de schattingen van het IPCC mogen er in de atmosfeer nog het equivalent van 400 gigaton CO2 bijkomen tussen 2011 en 2100 om een 60% kans te hebben dat we de 1,5°C globale opwarming niet overstijgen. De jaarlijkse uitstoot bedraagt ongeveer 40 GT, wat betekent dat de mensheid aan het huidige ritme nog gedurende 5 tot 6 jaar broeikasgassen mag uitstoten.
Het is duidelijk dat het “koolstof budget voor 1,5°C” zal worden overschreden en dat zal hoogstwaarschijnlijk ook het geval zijn voor het “budget voor 2°C” (800 GT). Op basis van de INDC (2) – en dit zijn tot nu toe de enige concrete verbintenissen in het kader van Parijs – voorzien de specialisten een opwarming tussen de 2,7°C en de 3,5°C.
Er wordt een regelmatige herziening van het akkoord gepland om “de omvang van de ambities te vergroten” en dat is geen bluf. Alles wijst er op en de HFC’s bevestigen het: het grootkapitaal en zijn politieke spreekbuizen willen actie voeren tegen de opwarming. Want de legitimiteit en regeerbaarheid van hun eigen systeem staan op het spel.
Maar het uitschakelen van de HFC’s zal zeker niet de kloof dichten tussen de INDC en de doelstelling van de 1,5°C. Indien al de rest gelijk blijft geven de 90 GT CO2 equivalenten een bijkomende twee jaar om definitief met de uitstoot te stoppen. Voor een maximum van 1,5°C maakt dat 7 tot 8 jaar in plaats van 5 tot 6…
Wat moeten we met dit uitstel doen?
Vanuit kapitalistisch oogpunt beginnen hier de grote moeilijkheden. Want HFC’s vervangen is relatief gemakkelijk omdat er alternatieven bestaan die de winsten niet aantasten. Stoppen met fossiele brandstoffen is veel moeilijker omdat minstens 4/5 van de gekende reserves in de grond moeten blijven. Maar die reserves vertegenwoordigen kapitaal, ze vertegenwoordigen toekomstige winsten. Er is dus een “koolstof bubbel” ontstaan. Die zou ongeveer een vierde van de beursgenoteerde waarde van de honderd grootste bedrijven van de FTSE100 vertegenwoordigen, wat van dezelfde grootteorde is als de bubbel in 2008.
Voor het kapitaal is de inzet van de klimaatonderhandelingen dus de volgende: er moet enerzijds een strategie komen die deze bubbel vermindert en anderzijds moet deze gekrompen bubbel, als zij barst, niet ten laste komen van het kapitaal.
Het strategisch debat is in volle gang. Maar opgelet voor complottheorieën: er bestaat geen hoofdkwartier van het kapitalisme dat aan de touwtjes trekt. We zien een veelheid aan voorstellen door sectoren en Staten die in concurrentie zijn met elkaar, zij vertrekken alle van hun specifieke belangen.
Op de COP 20 van Lima werd een werkwijze vastgelegd om tot een consensus te komen: de zogenaamde “strategische discussie op hoog niveau”. Hierbij werken vertegenwoordigers van de voornaamste Staten, van de multinationals en van de internationale organismen samen. In dit discrete kader werd het globale raamwerk vastgelegd. De COP 22 zal proberen enkele stapjes vooruit te zetten binnen dit raamwerk.
Een hele reeks think tanks en personaliteiten stellen de globale belangen van het kapitalisme als geheel, boven de particuliere belangen van de kapitalisten. Dit artikel kan niet ingaan op de details van wat zij voorstellen. We zullen wel enkele krachtlijnen van de kapitalistische klimaatsstrategie en hun mogelijke gevolgen bespreken.
De kapitalistische strategie en haar gevolgen
1. De politiek van het kapitalistisch toe-eigenen van natuurlijke hulpbronnen zal zich veralgemenen. REDD+ is hiervan het voorbeeld. Het “natuurlijk kapitaal” van de totaliteit van de ecosystemen wordt opgevat als een “infrastructuur” die open staat voor investeringen. Alles wat koolstof kan absorberen, water kan filteren, bodems kan verrijken, zal geïntegreerd worden in het kapitaal dat die “diensten” zal verkopen alsof ze koopwaren zijn. Dat is de eerste manier om de bubbel te verkleinen: maximale absorptie bevorderen zodat de uitstoot zo lang mogelijk kan duren.
2) De tweede weg is die van de technologie in twee vormen: de versnelling van de overgang naar hernieuwbare energie om de uitstoot te verminderen en anderzijds geo – engineering als enige kapitalistische middel om de pleisters van het productivisme weg te nemen. Het gaat hier met name om de “technologieën met negatieve emissies” (TNE). Hier zijn investeerders in de eerste plaats geïnteresseerd in bio-energie met opvang en stockeren van koolstof. Dit genereert potentieel twee bronnen van inkomsten: de verkoop van elektriciteit en de inkomsten uit het onttrekken van CO2 uit de atmosfeer.
3) Maar deze twee methodes om de bubbel te verkleinen botsen op dezelfde hindernis: de rentabiliteit van de investering in een context van concurrentie waarbij de fossiele brandstoffen op korte termijn meer rendabel blijven. D e invloedrijke “Globale Commissie” stelt een oplossing voor: de overheid moet aantrekkelijke voorwaarden scheppen om de investeringen op gang te trekken en de verliezen van een eerste fase te dragen, later kunnen dan banken en pensioenfondsen de winst oprapen.
4) Hiervoor zijn verschillende diepgaande hervormingen nodig: de financiële markten, de arbeidsmarkt, het aanmoedigen van investeringen, de prijs voor koolstof, het mechanisme van uitwisseling van rechten, enz. De sleutelrol die aan de overheid wordt toegekend houdt natuurlijk ook een uitdiepen van het soberheidsbeleid in. De overblijvende koolstofbubbel zal trouwens worden behandeld zoals de bubbel van 2008 – de gemeenschap zal ervoor betalen …
5) De richtlijn is “vermijden te veel te doen en te snel te gaan” (Nicholas Stern) om de winsten niet in gevaar te brengen. Catastrofes ( bijvoorbeeld extreme weerverschijnselen) zullen in frequentie toenemen en erger worden. Zoals iedereen weet, zijn het de armen die hiervan de voornaamste slachtoffers zijn. “Collateral victims”…
6) De uitbreiding van de REDD+ methode tot alle natuurlijke hulpbronnen betekent dat de sociale en ecologische gevolgen ervan, die tot nu vooral de inheemse volkeren treffen, zich zullen veralgemenen. Het kapitaal wil dus de globale relaties tussen de mensheid en de natuur onderwerpen aan zijn specifieke doelstellingen.
7) Met de TNE’s reproduceert het systeem op een nog grotere schaal dan in het verleden zijn tendens om de ecologische problemen “op te lossen” door ze naar de toekomstige generaties door te schuiven. Het gaat hier om oplossingen van de hand van een leerling – tovenaar, ze zijn louter hypothetisch en potentieel gevaarlijk…
8) louter vormelijk bekeken, zitten we niet meer in een scenario waarbij de multinationals lobby werk doen maar in een – totaal antidemocratisch – scenario waarbij de multinationals samen met hun politieke dienaren een globale politiek uitwerken op de kap van de 99% en hun leefmilieu.
Indien deze analyse juist is, kunnen we maar één besluit trekken: de nederlaag van de klimaat negationisten verandert de omstandigheden voor de strijd maar die blijft meer dan ooit nodig omdat we deze “ecologische transitie” niet willen!
Noten:
1) HFC zijn waterstoffluorocarbonen die de chloorfluorocarbonen (CFC’s) hebben vervangen dank zij het protocol van Montreal omdat de CFC’s de ozonlaag vernietigden.
2) INDC: Intended Nationally Determined Contribution, dit zijn de “nationale klimaatplannen”
Nederlandse vertaling: Marijke Colle