Clara Zetkin was een van de belangrijkste activisten binnen de Duitse socialistische vrouwenbeweging. Vandaag de dag hebben we nog steeds de Internationale Vrouwendag aan haar te danken, die ze in 1911 voor het eerst organiseerde. Maar wie was ze eigenlijk?
Clara Zetkin werd in 1857 geboren in Widerau, een klein plaatsje in het zuiden van Duitsland. Haar moeder was hoogopgeleid en een uitgesproken voorstander van volledige economische zelfstandigheid voor vrouwen. Door haar raakte Clara al jong geïnteresseerd in de strijd voor vrouwenrechten.
Op haar twintigste kwam Clara in aanraking met leden van de Sociaal-Democratische Partij (SPD). Officieel lid worden kon ze niet, aangezien het op dat moment voor vrouwen verboden was om lid te worden van politieke partijen – een wettelijk verbod dat zou blijven bestaan tot 1908. Ook mochten vrouwen niet optreden als sprekers op openbare bijeenkomsten.
Dit soort wetten weerhielden vrouwen zoals Clara er niet van om zich te organiseren. Zo vertelde Louise Zietz, een tijdgenoot van Clara: ‘Ik mocht niet spreken op openbare bijeenkomsten. Dus sprak een man eerst voor tien minuten. Daarna mocht de zaal mee discussiëren, van waaruit ik voor 1,5 uur sprak.’
Binnen de SPD was Clara Zetkin samen met haar goede vriendin Rosa Luxemburg een van de sleutelfiguren aan de revolutionair linkse kant. In 1886 hield ze haar eerste publieke speech. Dit deed ze met zoveel succes, dat ze vanaf dat moment twee tot drie keer per week sprak op bijeenkomsten.
Drie jaar later werd ze gevraagd te spreken op het eerste congres van de Tweede Internationale. In haar speech leverde Clara stevige kritiek op socialisten die het toenemende aantal vrouwen op de arbeidsmarkt de schuld gaven van de extreem lage lonen en de lange werkdagen: ‘De enige die hier schuldig is, is het kapitalistische systeem.’ Ze benadrukte dat vrouwen precies dezelfde belangen hadden als mannen, en zich niet tegen elkaar moesten laten uitspelen.
In 1891 werd Zetkin hoofdredacteur van het vrouwentijdschrift Die Gleichheit (Gelijkheid). 25 jaar lang zou ze niet alleen de eindredactie verzorgen, maar schreef ze ook een groot deel van de artikelen. In 1903 had Die Gleichheit een oplage van 11.000, tien jaar later was dit gestegen tot 125.000. Het tijdschrift was bedoeld om socialistische vrouwen te scholen in de principes van het marxisme, en om te voorkomen dat ze beïnvloed zouden worden door ‘burgerlijk feminisme’ of damesfeminisme.
Dit damesfeminisme richtte zich in die tijd op beperkt vrouwenkiesrecht: vrouwen moesten dezelfde rechten krijgen als mannen, maar op dat moment gold het kiesrecht alleen voor rijke mannen.
Zetkin pleitte daarentegen voor algemeen kiesrecht. Maar daar moest het niet bij blijven. Socialistische vrouwen zouden moeten vechten voor het recht om te werken, gelijk salaris voor gelijk werk, betaald zwangerschapsverlof, gratis kinderopvang, en onderwijs voor vrouwen. ‘Burgerlijk feminisme is niets anders dan een reformistische beweging. Maar de beweging van arbeidersvrouwen is revolutionair en moet revolutionair zijn.’
In 1895 werd Clara Zetkin als eerste vrouw verkozen tot het leidende orgaan van de SDP. Maar haar relatie met de rest van de leiding van de SDP verliep niet soepel. Het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog in 1914 liet duidelijk zien hoe dun het revolutionaire laagje van de SDP was: de meerderheid van de leiding sprak haar steun uit vóór de oorlog. Zetkin daarentegen ging door met haar uitgesproken anti-oorlogscampagne.
In 1915 schreef ze voor een internationaal vrouwencongres het manifest ‘Vrouwen van het Werkende Volk’, dat opende met de vraag: ‘Waar zijn jullie mannen? Waar zijn jullie zonen?’ Het antwoord luidde: ‘Acht maanden staan ze nu aan het front. Ze zijn losgerukt van hun werk en van hun huizen. Miljoenen rusten al in massagraven, honderdduizenden liggen in militaire ziekenhuizen met verscheurde lichamen, gebroken ledematen, verblinde ogen, vernietigde hersenen en geteisterd door epidemieën.’ Vlak na het congres werd Clara gearresteerd voor het verspreiden van dit manifest – het zou een van de vele keren zijn.
Clara Zetkin stond, samen met Rosa Luxemburg, erg geïsoleerd in haar verzet tegen de oorlog. Op een gegeven moment was ze zelfs zo wanhopig dat ze er aan dacht om zelfmoord te plegen. In 1917 werd ze ontslagen als redacteur van Die Gleichheit, omdat ze te kritisch was over de socialisten die de oorlog steunden.
Ze sloot zich uiteindelijk aan bij de Duitse Communistische Partij (KPD). Nadat in 1919 Karl Liebknecht en Rosa Luxemburg op brute wijze waren vermoord, was Clara een van de belangrijkste leiders van de KPD. Tot 1933 zat ze voor de KPD in de Reichstag. Aangezien de traditie bestond dat de Reichstag geopend werd door het oudste lid, mocht Clara op 30 augustus 1932 de openingsspeech houden. In haar speech riep ze arbeiders op om samen te strijden tegen het opkomende fascisme.
Vijf maanden later greep Hitler de macht. Clara Zetkin vluchtte naar de Sovjet Unie, waar ze als 75-jarige vrouw op 22 juni 1933 stierf.
Dit artikel verscheen oorspronkelijk op socialisme.nu